21.
Monteer de scheidingsplaat voor de luchtin-
laat gelijkmatig in de overeenkomstige uit-
sparing (groef) tot deze met de beide stel-
voetjes op het onderste aluminiumprofiel ligt.
Bij de installatie van het volgende ringele-
ment moet de scheidingsplaat voor de luch-
tinlaat en -uitlaat altijd in dezelfde uitspa-
ringen worden geschoven.
Afb. 29
22.
De in de leveringsomvang opgenomen D-
ringen moeten nu met de overeenkomstige
schroeven boven op de scheidingsplaat
luchtuitlaat worden bevestigd. De D-ringen
moeten aan beide zijden in het bovenste
gedeelte van de scheidingsplaat voor lucht-
uitlaat dusdanig worden gemonteerd dat de
spanband voor de bevestiging door het
rooster op de luchtinlaat wordt gefixeerd en
op de hoogte van de bovenste bevestigings-
schroef.
Afb. 30
23.
Na montage van de D-ringen links en rechts
op de scheidingsplaat voor de luchtuitlaat,
fixeert u deze met de in de leveringsomvang
opgenomen spanbanden dusdanig dat deze
goed tegen de behuizing van de buitenmo-
dule zijn geplaatst. Let op dat de scheidings-
plaat dicht tegen de behuizing van de buiten-
module is geplaatst. Hiervoor is het niet
nodig om de scheidingsplaat strak tegen de
behuizing te duwen (Afb. 31).
Afb. 31
24.
De steun voor de bevestiging van de buffer
(
Ä „Componenten van de geluidsdempende
kap" op pagina 25 en het bovenste alumini-
umframe (
Ä „Componenten van de geluids-
dempende kap" op pagina 25, pos. 7) en ,
pos. 9) moeten nu worden gemonteerd.
Hierbij moet in acht worden genomen dat het
bovenste bevestigingspunt voor de steun van
de buffer zich in het midden voor de ventila-
toropening bevindt (Afb. 32).
Afb. 32
31