Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Opbouw En Installatie Gebied B - Aan Storing Onderhevig Gebied Van De Schakelkast; Opbouw En Installatie In Gebied C - Aan Sterke Storing Onderhevig Gebied Van De Schakelkast - Bosch Rexroth IndraDrive HCS01 Series Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Rexroth IndraDrive Aandrijfbesturingen Vermogensonderde‐
len HCS01
Aarding
Veiligheidsgeleideraansluiting op
machine, installatie, schakelkast
6.2.5
Opbouw en installatie gebied B - aan storing onderhevig gebied van
de schakelkast
Plaatsing van componenten en lei‐
dingen
Controlespannings- of hulpspan‐
ningsaansluiting
Leidingsplaatsing
6.2.6
Opbouw en installatie in gebied C - aan sterke storing onderhevig ge‐
bied van de schakelkast
Invloed van de motorstroomkabel
Indien het net een spanning van meer dan 480 V heeft, verbindt u het filter
met de uitgangszijde van de transformator en niet met de netzijde van de
transformator.
DE leidingen naar de aardingspunten E1, E2 in het gebied A moeten bij
slechte massaverbindingen in de installatie ten minste een afstand van
d4 = 400 mm tot de andere aardingspunten van het aandrijfsysteem hebben
om storingskoppelingen van massa en massaleidingen op de netleidingen te
minimaliseren
Zie ook
6.2.2 Onderverdeling in gebieden (zones), bladzijde
De veiligheidsgeleider van de netkabel van de machine, installatie of schakel‐
kast moet vast aangesloten op punt PE zijn en minstens 10 mm
hebben of door een tweede veiligheidsgeleider via gescheiden klemmen aan‐
gevuld worden (overeenkomstig EN 61800-5-1:2007, gedeelte 4.3.5.5.2). Bij
een grotere doorsnede van de buitengeleiders moet de doorsnede van de
veiligheidsgeleider dienovereenkomstig groter zijn.
Plaats onderdelen, componenten en leidingen in het gebied B op een afstand
van minstens d1 = 200 mm tot onderdelen en leidingen in het gebied A.
Alternatief: Onderdelen, componenten en leidingen in het gebied B afscher‐
men van onderdelen en leidingen in gebied A middels tussenplaten die op de
montageplaat staand bevestigd zijn.
Verbind netadapters voor hulp- of controlespanningsaansluitingen in het aan‐
drijfsysteem slechts via een netfilter met het net. Zie
gebieden (zones), bladzijde
Leg zo kort mogelijke leidingen tussen de aandrijfbesturing en het filter.
Slechts in uitzonderlijke gevallen mag u netadapter en zekering voor de con‐
trolespanningsaansluiting op fase en neutrale leiding aansluiten. Monteer en
installeer in dit geval deze componenten in gebied A ver verwijderd van de
gebieden B en C van het aandrijfsysteem. Meer informatie in gedeelte
6.2.4 Opbouw en installatie in gebied A - storingsvrij gebied van de schakel‐
kast , bladzijde
47.
Leid de verbinding tussen de controlespanningsaansluiting van het aandrijf‐
systeem en de gebruikte netadapter over het kortste traject door het ge‐
bied B.
Leg de leidingen langs geaarde metaaloppervlakken om een afstraling van
storingsvelden in het gebied A te minimaliseren (antenne-effect).
Het gebied C betreft hoofdzakelijk de motorstroomkabel, in het bijzonder aan
het aansluitpunt aan de aandrijfbesturing.
Hoe langer de motorstroomkabel is, des te groter is zijn geleidingscapaciteit.
Om een bepaalde EMC-grenswaarde aan te houden, is de toegelaten gelei‐
dingscapaciteit van het netfilter beperkt. De berekening van de geleidingsca‐
paciteit vindt u in de documentatie bij het aandrijfsysteem van de gebruikte
aandrijfbesturing.
Leg zo kort mogelijke motorstroomkabels.
Gebruik uitsluitend afgeschermde motorstroomkabels van
Rexroth.
EMC-maatregelen voor opbouw en installatie
44.
R911413295_Uitgave 01 Bosch Rexroth AG
49/71
44.
2
doorsnede
6.2.2 Onderverdeling in

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave