38/71
Opmerkingen bij het gebruik
Bosch Rexroth AG R911413295_Uitgave 01
Rexroth IndraDrive Aandrijfbesturingen Vermogensonderde‐
LET OP
Objecten die met onderdelen en printplaten in contact komen, moeten door
aarding ontladen worden. Zo niet kunnen fouten in de aansturing van moto‐
ren en beweeglijke elementen optreden.
Dergelijke objecten kunnen zijn:
●
de soldeerbout (bij soldeerwerkzaamheden)
●
het menselijk lichaam (aarding door aanraking van geleidend, geaard
voorwerp)
●
onderdelen en werktuigen (neerleggen op een geleidend legoppervlak)
Onderdelen die gevaar lopen, mogen uitsluitend in geleidende verpakkingen
bewaard of verzonden worden.
De aansluitschema's van Rexroth dienen uitsluitend voor het op‐
stellen van de installatieschakelschema's! Voor de bedrading van
de installatie zijn de installatieschakelschema's van de machine‐
fabrikant steeds bindend!
●
De signaalleidingen wegens de storingsbeïnvloeding gescheiden van de
lastleidingen leggen.
●
Analoge signalen (bv. streefwaarden, reële waarden) via afgeschermde
leidingen aanvoeren.
●
Net-, tussencircuit- en vermogensaders niet met de laagspanningen ver‐
binden of in contact brengen.
●
Bij uitvoeren van een controle van de hoogspanning of externe span‐
ning van de elektrische uitrusting van de machine alle aansluitingen van
de toestellen ontklemmen of aftrekken. De elektronische bouwelemen‐
ten worden hierdoor beschermd (toegelaten conform EN 60204-1). Rex‐
roth-Aandrijvingscomponenten worden bij de stukcontrole op hoogspan‐
ning gecontroleerd (overeenkomstig EN 61800-5-1:2007, gedeelte
5.2.3.2) en op isolatie gecontroleerd (overeenkomstig EN 60204-1:2006,
gedeelte 18.3).
LET OP
Verbindingen niet onder spanning insteken en losmaken.
Gevaar voor beschadiging van de elektroni‐
sche onderdelen en negatieve beïnvloeding
van hun gebruiksveiligheid door elektrostati‐
sche ladingen!
Beschadiging van de aandrijfbesturing door
insteken en losmaken van verbindingen on‐
der spanning!
len HCS01