aangepaste referentiedruk. Als ze gelijk zijn, heeft de leiding de gasdichtheidstest
doorstaan. Als de waargenomen druk lager is dan de aangepaste referentiedruk,
vertoont de leiding een microlek.
Raadpleeg 5.7.3 "Lekdetectie" als de lekkage wordt gedetecteerd. Zodra het lek is
»
gevonden en verholpen, moet de gasdichtheidstest worden herhaald.
Stap 3
Als u niet meteen doorgaat met vacuümdrogen (zie 5.8 "Vacuümdrogen") zodra de
»
gasdichtheidstest is voltooid, verlaag dan de systeemdruk tot 0,5-0,8MPa en laat
het systeem onder druk staan totdat u klaar bent om de vacuümdroogprocedure
uit te voeren
Afbeelding 5.9
MISTRAL MDX
BUITEN UNIT
OUTDOOR UNIT
Afsluiter aan
vloeistofzijde
LIQUID SIDE
stikstofvloeistofzijde
STOP VALVE
stikstof
NITROGEN
5.7.3 Lekdetectie
De algemene methoden voor het identificeren van de bron van een lek zijn als volgt:
1. Audio detection: relatively large leaks are audible.
2. Aanraakdetectie: plaats je hand bij verbindingen om te voelen of er gas ontsnapt.
3. Zeepsop: kleine lekken kunnen worden opgespoord door de vorming van belletjes
wanneer zeepwater op een verbinding wordt aangebracht.
4. Koudemiddellekdetectie: voor lekken die moeilijk te detecteren zijn, kan
koudemiddellekdetectie als volgt worden gebruikt:
a. Breng de leidingen met stikstof op een druk van 0,3MPa.
b. Voeg koelmiddel toe aan de leidingen totdat de druk 0,5MPa bereikt.
c. Gebruik een halogeenkoelmiddeldetector om het lek te vinden.
d. Als de lekbron niet kan worden gevonden, ga dan door met het vullen met
koudemiddel tot een druk van 4MPa en zoek dan opnieuw.
Gasdichtheidstest
Afsluiter
GAS SIDE
aan gaszijde
STOP VALVE
Gasleiding
GAS PIPE
Vloeistofleiding
LIQUID PIPE
MISTRAL MDX
BINNEN UNIT
INDOOR UNIT
NL
19