REMKO Serie VRS EN
Werkwijze
Nadat het apparaat op het
elektricitietsnet is aangesloten,
brandt de fasecontrolelamp H1 op
de schakelkast.
Door het bedienen van de
keuzeschakelaar Verwarmen schakelt
de ventilatorbrander in. De in de
keuzeschakelaar Verwarmen gemonteerde
signaallamp Verwarmen brandt.
De brandkamer met warmtewisselaar
wordt nu verwarmd.
Na het bereiken van de
insteltemperatuur schakelt de
luchttoevoerventilator automatisch
in. De insteltempatuur wordt door
de ventilatorregelaar TR ingtesteld.
De signaallamp Ventileren in de
keuzeschakelaar Ventileren branden.
Bij een bereikte insteltemperatuur kan
de ventilator niet door de ventilator
Ventileren worden uitgeschakeld.
Afhankelijk van de
warmtebehoefte wordt tijdens het
bedrijf met de ruimtethermostaat
het beschreven verloop
automatisch opnieuw herhaald.
Door de regelaareenheid en de
branderautomaten worden alle
aparaatfuncties volledig automatisch
uitgevoerd en veilig bewaakt.
Als de branderfunctie toch
door de regelaareenheid en
de ruimtethermostaat wordt
vrijgegeven, brandt de bedrijfslamp
Brander op de schakelkast.
LET OP
De apparaten mogen nooit vóór
het verstrijken van de algehele
nakoelfase (met uitzondering van
noodsituaties) worden losgekoppeld
van het elektriciteitsnet.
6
Na het uitschakelen van
de apparaten middels de
keuzeschakelaar Verwarmen of
door de ruimtethermostaat loopt
de luchttoevoerventilator enige
tijd na, tot de brandkamer en de
warmtewissleaar is afgekoeld en
schakelt dan automatisch uit.
Bij eventuele onregelmatigheden
of het doven van de vlam wordt de
brander door de branderautomaat
uitgeschakeld en vergrendeld.
De storingslamp van de
branderautomaat en de rode
brander-storingslamp op de
schakelkast branden. Een herstart
kan alleen plaatsvinden na het
handmatig ontgrendelen van de
branderautomaat.
De veiligheidstemperatuurbegrenzer (STB)
onderbreekt de branderfunctie bij
oververhitting. De brander wordt in dit
geval van het elektriciteitsnet gescheiden,
de ventilator loopt na nakoeling verder.
Handmatige ontgrendeling van de STB
is pas mogelijk na afkoeling van het
apparaat.
De ventilatormotor wordt door
een temperatuurbegrenzer
(TMC) bewaakt. Als deze wordt
geactiveerd, wordt ook het
volledige stroomcircuit van de
brander onderbroken. In dat geval
gaat het motorcontrolelampje op
de schakelkast uit.
AANWIJZING
Voordat de branderautomaat
of de veiligheidstemperatuurbegrenzer
worden ontgrendeld, moet altijd eerst
de oorzaak voor het uitschakelen door
storing worden vastgesteld.