Bij niet-doelmatig gebruik, opstelling, onderhoud enz. of eigenmachtige veranderingen aan de vanuit de fabriek geleverde uitvoering van het apparaat vervalt elk recht op garantie. Wijzigingen voorbehouden! Vast warmelucht-verwarmingssysteem REMKO VRS 20 INOX Inhoud Inhoud pagina pagina Veiligheidsinstructies Technische gegevens...
Voor de inzet ervan bestaan ten aanzien van opgesteld en werken waar brand- of explosiegevaar de opstellingsplaats in de regel nauwelijks beperkingen. bestaat. REMKO verwarmingsautomaten verwarmen of tempe- ◊ De apparaten moeten buiten verkeerszones, b.v. reren: ook van kranen, worden opgesteld.
Voorwaarden voor de opstelling Werkwijze Bij de opstelling van de apparaten moeten in principe de richtlijnen van de bouwverordening en de stookin- Na het inschakelen van het apparaat door activering stallatieverordening worden nageleefd. van de bedrijfsschakelaar in de stand „Verwarmen” De Eerste verordeningen voor de uitvoering van de schakelt de ventilator-oliebrander zich automatisch in.
Pagina 6
Verbrandingsluchttoevoer ◊ De apparaten moeten zo worden opgesteld, dat er In het algemeen moet door de betreffende eisen van de geen gevaren of ontoelaatbare belastingen, b.v. bouwinspectie de toereikende toevoer van de verbran- schokken, slingeringen of geluiden, van uitgaan. dingslucht gegarandeerd worden. ◊...
Opstelling en montage Opstelling van het apparaat Montage aan de muur Bij de opstelling van het apparaat moeten in principe de De voor de montage voorziene muur moet uit niet- voor de betreffende deelstaat geldende voorschriften brandbare materialen bestaan. en verordeningen in acht worden genomen. De belastbaarheid ervan moet gecontroleerd worden, Het apparaat valt onder het geldigheidsgebied van de eventueel moeten er versterkingen worden aange-...
Pagina 8
◊ Neem de gebruiksaanwijzing van de vanuit de fa- De dubbelwandige roestvrij stalen briek geleverde brander in acht! gasafvoersystemen van REMKO zijn door het Instituut voor Bouwtechniek volgens DIN 18160 deel ◊ De oliebrander moet absoluut worden ingesteld op 1 algemeen toegelaten door de bouwinspectie.
De groene controlelamp licht op. Houd voldoende veiligheidsafstand tot brandbare 4. Stel de ruimtethermostaat in op de ge- materialen aan. wenste ruimtetemperatuur. Ruimtethermostaat als REMKO toebe- horen. Voor de ingebruikname Door de standaard olievoorverwarming van de brander volgt er een vertraagde branderstart.
7. Verwijder de verbrandingsresten met een reinigings- borstel of b.v. een industriële zuiger door de bran- deropening. Een speciale ketelreinigingsset bij de REMKO indu- striële zuiger is verkrijgbaar als toebehoren. 8. Controleer de dichting van het revisiedeksel 6 en van de branderflens en vervang deze eventueel.
Eliminering van storingen Ontgrendelen van de branderautomaat Het apparaat start niet: ◊ Als de rode controlelamp (branderstoring) oplicht, ont- Controleer netaansluiting en hoofdschakelaar. grendel het relais dan door de stoorknop aan de bran- ◊ Controleer de bedrijfsschakelaar. derautomaat in te drukken. ◊...
Elektrisch aansluitschema Netaansluiting: 230 V / 1~ Ventilatormotor: 230 V / 1~ Brandermotor: 230 V / 1~ condensator (ventilator) controlelamp GROEN (bedrijf) controlelamp ROOD (branderstoring) Een noodschakelaar (aanbevolen) moet op een goed KL1 contactstrip netingang toegankelijke plaats in de opstellingsruimte worden aangebracht.
Montage van de 1. Houd de montageplaat horizontaal. oliebrander 2. Schuif de rechterhouder zijdelings in de verlaging en hang de linkerkant boven in het oog. Voor de bevestiging van de oliebrander dient de meegeleverde branderflens 1, die met vier schroeven Instellen van ontstekingselektrode en stuwschijf bevestigd wordt.
DIN 4755 moet worden uitgevoerd. REMKO apparaat gevoegde volledig garantiecertificaat Hiervoor valt het aan te bevelen om een onder- ingevuld heeft teruggezonden aan REMKO GmbH & houdscontract af te sluiten. Co. KG.