2 Bezorging en verwerking
Transport en opslag
De F2120 moet verticaal worden getransporteerd en
opgeslagen.
Voorzichtig!
Zorg ervoor dat de warmtepomp niet kan kan-
telen tijdens transport.
Zorg ervoor dat de warmtepomp niet kan worden be-
schadigd tijdens transport.
Montage
Plaats de F2120 buiten op een stevige, vlakke onder-
■
grond die bestand is tegen het gewicht, bij voorkeur
een betonnen ondergrond. Als er betonnen platen
worden gebruikt, moeten deze gelegd zijn op asfalt
of grind.
De onderste rand van de verdamper moet op gelijk
■
niveau liggen met de gemiddelde sneeuwdiepte ter
plekke. De betonnen fundering of betonnen voetstuk-
ken moeten daarom minimaal 70 mm hoog zijn.
F2120 mag niet worden geplaatst in de buurt van ge-
■
horige muren, bijv. naast een slaapkamer.
Zorg er ook voor dat de plaatsing geen overlast ople-
■
vert voor de buren.
F2120 mag niet dusdanig worden geplaatst dat recir-
■
culatie van buitenlucht op kan treden. Dit zorgt voor
een lager vermogen en mindere efficiëntie.
De verdamper moet worden afgeschermd tegen
■
rechtstreekse wind / , aangezien dit een negatieve in-
vloed op de ontdooifunctie heeft. Plaats de F2120 te-
gen de verdamper op een plaats die is afgeschermd
tegen de wind / .
Er kan wat water uit het aftapgat druppelen onder de
■
F2120. Zorg ervoor dat water kan weglopen door een
geschikt materiaal te kiezen voor onder de F2120 (zie
pagina 11).
Wees bij de installatie voorzichtig, zodat u geen kras-
■
sen veroorzaakt op de warmtepomp.
F2120
LEK
LEK
Plaats de F2120 niet direct op het gazon of een andere
niet-stevige ondergrond.
NIBE™ F2120
Als er een kans is dat de sneeuw op het dak kan gaan
schuiven, moet er een beschermend dak of een afdek-
king worden geplaatst om de warmtepomp, inclusief
leidingen en bedrading te beschermen.
F2120
min.
min 300 mm
70 mm
LEK
Hoofdstuk 2 |
Bezorging en verwerking
9