Configuratie met behulp van
dip-switch
Het communicatieadres voor de F2120 naar de binnen-
unit / bedieningsmodule wordt geselecteerd op de ba-
siskaart (AA2). Dip-switch S1 wordt gebruikt voor de
configuratie van adres en functies. Voor cascaderegeling
met bijvoorbeeld de SMO is adressering vereist. De F2120
heeft standaard het adres 1. Bij een cascadeschakeling
moeten alle F2120 een uniek adres hebben. Het adres
heeft een binaire codering.
Voorzichtig!
Verander de positie van de dip-switches alleen
als er geen stroom op het product staat.
Positie DIP S1
Slave
(1 / 2 / 3)
uit / uit / uit
Slave 1
aan / uit / uit
Slave 2
uit / aan / uit
Slave 3
aan / aan / uit
Slave 4
uit / uit / aan
Slave 5
aan / uit / aan
Slave 6
uit / aan / aan
Slave 7
aan / aan /aan
Slave 8
Positie DIP
Instelling
S1
4
AAN
Positie DIP S2
Instelling
1
UIT
2
UIT
3
UIT
4
UIT
Schakelaar S3 is de reset-knop om waarmee de regeling
wordt herstart.
LET OP!
DIP S1 positie 4 moet worden gewijzigd in ON
om koeling mogelijk te maken
NIBE™ F2120
Adres
Standaard-
instelling
(com)
01
UIT
02
UIT
03
UIT
04
UIT
05
UIT
06
UIT
07
UIT
08
UIT
Functie
Standaard-
instelling
Staat koeling
UIT
toe
Standaardinstel-
ling
UIT
UIT
UIT
UIT
Hoofdstuk 5 |
Elektrische aansluitingen
25