SBS stabilisatiesysteem
22
Stabilisatietype. Elk type beschrijft de methode van de bevestiging
van het te gebruiken stabilisatiegewicht op de machine om stabiliseren
uit te voeren.
Omtrekgewicht – Een gewicht van variabele massa is geplaatst op
een afstand rond de omtrek van een rotor.
Enkel gewicht – Een gewicht van variabele massa is geplaatst op
een hoek.
Twee gewichten – Twee gelijke, vaste massagewichten zijn
geplaatst op variabele hoekposities.
Drie gewichten – Drie gelijke, vaste massagewichten zijn
geplaatst op variabele hoekposities.
Vaste posities – Een bepaald aantal montageposities in een vast
patroon op gelijke afstand (zoals een boutcirkel) zijn beschikbaar voor
het toevoegen van variabele massagewichten.
Als het stabilisatietype vaste positie is geselecteerd dan is de
rechterzijde van deze selectie bewerkbaar. Met deze instelling kan het
aantal beschikbare bevestigingsposities van vaste gewichten (van 3 tot
99) worden bewerkt. De posities worden verondersteld gelijkmatig
verdeeld te zijn en een patroon van 360 graden. Ze moeten in volgorde
op de machine van 1 tot het hoogste beschikbare nummer worden
gelabeld.
Als het stabilisatietype omtrekgewicht is geselecteerd dan is de
linkerzijde van deze selectie bewerkbaar. Dit maakt het bewerken van
de rotoromtrek van de machine mogelijk, waaromheen de gebruiker de
afstand voor het plaatsen van een stabilisatiegewicht zal meten.
Schaalrichting. Dit stelt de richting van de gebruikte schaal in voor
het plaatsen van de voor-stabilisatiegewichten ten opzichte van de
rotatierichting van de slijpschijf.
De richting van de gewichtsschaal is de richting waarin de
hoekreferenties (0°, 90°, 180° enz.) of de locatienummers van de
gewichtspositie (1, 2, 3, 4 enz.) toenemen.
Spilrotatie gebeurt in dezelfde richting als de
gewichtsschaal.
Spilrotatie gebeurt in de tegenovergestelde richting als
de gewichtsschaal.
Stabilisatiegrens. Dit is dezelfde instelling als de AUTO BALANCE
LIMIT. Het lage trillingsniveau waar het stabilisatieproces geacht
wordt te eindigen.
Nulstabilisatie. Voert een nulstand (180 graden van elkaar) uit van de
stabilisatiegewichten. Alleen beschikbaar op speciale contactloze
mechanische stabilisatoren die de "Nulgewichten" optie hebben
geïnstalleerd.