Inhoudsopgave
Advertenties
Trillingsdisplay
De eenheden die worden gebruikt door de besturingseenheid om niveaus van machinetrilling weer te geven zijn
selecteerbaar tussen metrische of Engelse eenheden. De besturingseenheid kan ook trilling in termen van snelheid of
verplaatsing weergeven. De fabrieksinstelling van verplaatsing geeft het meest direct de beweging van de slijpschijf en
dus de invloed van trilling op het werkstuk weer. Gebruik het menu-item VIBRATION UNITS om de gewenste optie
te selecteren.
Selectie stabilisatiesnelheid
Deze menu-instelling schakelt
bedieningseenheid. Het doel van deze aanpassing is het maximaliseren van de snelheid en nauwkeurigheid van het
SBS-stabilisatiesysteem wanneer deze is geïnstalleerd op diverse soorten en maten van slijpmachines.
Voor het bepalen van de juiste instelling voor stabilisatiesnelheid is het noodzakelijk om de werking van het systeem
bij zijn eerste paar stabilisaties te observeren. Met het geïnstalleerde systeem op de slijpmachine en de draaiende
machine start u een automatische stabilisatiecyclus. Controleer om te zien of het systeem regelmatig en tijdig de
voortgang maakt naar een stabilisatiepunt. Breng het systeem twee of drie keer buiten balans met behulp van de
knoppen op het handmatige scherm (MAN.). Start elke keer een automatische stabilisatie en controleer de resultaten.
Selecteer dan elk van de andere snelheidsinstellingen en voer twee of drie extra tests uit. Een foutbericht "Error I"
getoond tijdens deze test geeft aan dat de PULSE-instelling moet worden gereset voor een langzamere instelling (zie:
paragraaf weergegeven foutberichten). Deze snelle controle zal een duidelijke indicatie van de juiste instelling geven.
Uw SBS-stabilisatiesysteem is nu "afgestemd' op uw slijpmachine.
Zodra alle operationele parameters zijn ingesteld is de SBS-besturingseenheid klaar om automatische stabilisatiecycli
uit te voeren, die worden gestart door het drukken op de AUTO knop of door een Start Balance opdracht via de
hardwire- of software-interfaces. Het is belangrijk om te begrijpen dat automatische stabilisatie een automatische
cyclus is die wordt gestart door de gebruiker, wordt uitgevoerd volgens de ingestelde operationele parameters en dan
eindigt. Tussen stabilisatiecycli zal het systeem trillingsniveaus en toerentallen rapporteren, maar zal niet
vanzelf een automatische stabilisatie starten.
Automatische stabilisatie moet uitgevoerd worden met een lopende machine en stromende koelvloeistof.
Automatische stabilisatie mag niet worden uitgevoerd terwijl de slijpschijf in contact staat met het werkstuk of
de dresser. Het proces van slijpen, dressing of bewegen van de slijpschijf kan allemaal leiden tot trillingen in de
machine die geen verband houden met de stabiliteit van de slijpschijf. Proberen om te stabiliseren tijdens deze
processen zal niet werken en zal een nadelig effect hebben op de slijp- of dressingresultaten. (zie: CNC/systeemtiming
schema)
Voorbereiden voor voor-stabilisatie
Voor-stabiliseren wordt gebruikt om in eerste instantie de slijpmachine te stabiliseren door het handmatig plaatsen van
stabilisatiegewichten op de slijpschijf. In sommige toepassingen (met name voor grote slijpschijven) kan de stabilisator
misschien niet genoeg capaciteit hebben om een nieuwe slijpschijf met extreme onbalans te stabiliseren. In zulke
gevallen kan het SBS-stabilisatiesysteem helpen bij het handmatig plaatsen van stabilisatiegewichten als compensatie
voor het grootste deel van de onbalans van de slijpschijf. Automatisch stabiliseren kan dan worden gebruikt om
stabilisatiebesturing te geven tot verwisselen van de volgende slijpschijf.
1. Voor het stabiliseren kan worden uitgevoerd moet de machine geschikt zijn voor het gemakkelijk handmatig
plaatsen van stabilisatiegewichten op de machine door de gebruiker. Dit kan worden bereikt in één van de
methodes beschreven onder de paragraafbeschrijving "Stabilisatietype".
2. Elke van de stabilisatiegewichten moet worden gemarkeerd met de loodlijnindicatie (midden van de massa). Deze
loodlijn wordt gebruikt om elk stabilisatiegewicht tegen de hoekschaal op de machine te plaatsen. Vaste te
gebruiken massagewichten moeten met 1, 2, 3 enz. worden gelabeld om ze individueel te identificeren.
SBS stabilisatiesysteem
18
tussen de drie instellingen van de automatische stabilisatierespons van de
Automatisch stabiliseren
Voor-stabiliseren
Advertenties
Inhoudsopgave
