Deze grenzen zijn beide alternatieve oorzaken waardoor de BOT2-uitgang actief is (zie kritieke stabilisatie). De
BOT2-uitgang kan worden bewaakt door de machinebesturing, en indien gewenst gebruikt voor het laten afgaan van
extra waarschuwingen of het onderbreken van de werking van de slijpmachine. Gebruik voor het instellen van de grens
de linker pijltjestoets voor het selecteren van cijfers en de omhoog en omlaag pijltjestoetsen voor het wijzigen van het
geselecteerde cijfer. Druk op ENTER voor het bewaren van de instelling en terug te keren naar andere schermen.
Voor het uitschakelen van de kritieke toerentalgrens vermindert u gewoon de grensinstelling naar nul.
CNB BOT-MODUS
Deze paragraaf bestuurt het gedrag van zowel de BOT (Balance out of Tolerance) en BOT2 (kritische tolerantie) vaste
staat relais tijdens de automatische stabilisatiecycli. Als deze is ingesteld op "INACTIVE (SB-2500)" zijn deze twee
relais open en niet operationeel tijdens een stabilisatiecyclus, behalve wanneer een kritische toerentalfout wordt
gedetecteerd. Dit gedrag past bij de SB-2500 en standaard voor SB-4500 series van besturingen. Als deze is ingesteld
op "ACTIVE (HK-5000)" zijn deze twee relais operationeel tijdens een stabilisatiecyclus. Elke vaste status relais
wordt gesloten als het trillingsniveau boven de ingestelde limieten uitkomt (zie CNC/systeem timingdiagram).
Voorbereiden om operationele parameters in te stellen
Zorg dat u de functie en werking van het voorste displaypaneel van de besturing zoals beschreven in de vorige
paragrafen volledig begrijpt voordat u de volgende handelingen gaat uitvoeren.
Achtergrondtrilling
Een controle van het niveau van de achtergrondtrilling moet worden uitgevoerd om het systeem juist op te
zetten.
Monteer de trillingssensor op de te gebruiken positie tijdens de werking (zie: paragraaf locatie trillingssensor).
Installeer de stabilisator, besturing en alle kabels zoals aangegeven in de paragraaf installatie van de handleiding
voordat u de voeding op de besturing aansluit. Laat de slijpmachine uitgeschakeld en druk dan op MAN. toets en
gebruik de pijltjestoetsen om de trillingsfilter handmatig in te stellen op het operationele toerental van de slijpmachine.
Merk op dat dit gemeten trillingsniveau van de omgeving zonder de lopende machine is.
Zet alle secundaire machinesystemen aan (zoals hydrauliek en motoren), maar laat de machinespil uitgeschakeld. Het
weergegeven trillingsniveau zonder de lopende spil is het trillingsniveau van de achtergrond voor de machine. Noteer
dit trillingsniveau voor de achtergrond voor toekomstig naslagwerk voor het instellen van de operationele parameters
van het systeem.
Zie de paragraaf "Omgevingsoverwegingen" voor de uitleg van mogelijke bronnen van
achtergrondtrilling.
Verifiëren van grootteklasse van de stabilisator
Het gebruiken van de handmatige motorknoppen (de linker en rechter pijltjestoetsen gemarkeerd met M1 en M2)
draaien de massa's in de stabilisator terwijl de machine werkt op snelheid. Bij het uitvoeren van elk van de twee
gewichten in tegenovergestelde richtingen moet de operator in staat zijn meer dan drie micron van trilling in de
slijpmachine te introduceren, maar niet meer dan dertig micron. Als de resultaten niet binnen dit bereik vallen, kan dit
een signaal zijn dat de grootte van uw stabilisator voor uw toepassing opnieuw bepaald moet worden. Neem contact op
met de leverancier van uw SBS-stabilisatiesysteem voor overleg. In de tussentijd is het niet toegestaan dat u de
slijpmachine voor langere tijd met hoge trillingsniveaus bedient.
SBS stabilisatiesysteem
16