E6 – RIEM ALTERNATOR/VENTILATOR/KRUKAS
Bij het vervangen van de riem van de alternator, de spanning opnieuw controleren na de eerste 20 bedrijfsuren.
- De motorkap openen.
- Het beschermingscarter 1 verwijderen.
- De schroeven 2 en 3 twee of drie slagen losdraaien.
- Schroef 4 losdraaien om het alternatorgeheel te verdraaien zodat de riem 5 vrijkomt.
- Vervang riem door een nieuwe (zie: 3 - ONDERHOUD: FILTERELEMENTEN EN
DRIJFRIEMEN).
- De spanning tussen de riemschijven van de krukas en de dynamo regelen.
- De schroef 4 zodanig vastdraaien dat de vereiste riemspanning wordt bereikt.
- Indien men er met de duim op drukt (45 N), moet de uitslag ongeveer 10 mm
bedragen.
- Span schroef 2 (aandraaikoppel 30 N.m) en schroef 3 aan (aandraaikoppel 42 N.m).
- Het beschermingscarter 1 weer op zijn plaats brengen.
E7 – VERSNELLINGSBAKOLIE
E8 – OLIEFILTER VERSNELLINGSBAK
Plaats de heftruck op een horizontale ondergrond met de verbrandingsmotor uit en
de versnellingsbakolie nog warm.
De afgetapte olie op een milieuvriendelijke manier afvoeren.
De oliefilter uitsluitend met de hand aandraaien en blokkeren met een kwart slag.
De arm opheffen en de veiligheidswig op de stang van de hefcilinder plaatsen (zie: 1 - VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN:
ONDERHOUDSINSTRUCTIES VAN DE HEFTRUCK).
OLIE VERVANGEN
- Een bak plaatsen onder de aftapdop 1 en deze losdraaien.
- Peilstok 2 verwijderen om ervoor te zorgen dat de olie goed afgetapt wordt.
VERVANGEN VAN DE FILTER
- De oliefilter van de versnellingsbak 3 losschroeven en weggooien, evenals de dichting.
- De filtersteun schoonmaken met een schone doek zonder pluizen.
- Bestrijk de afdichting lichtjes met olie alvorens de nieuwe oliefilter terug te plaatsen
(zie: 3 - ONDERHOUD: FILTERELEMENTEN EN DRIJFRIEMEN)op zijn steunstuk.
OLIE VULLEN
- Plaats de aftapplug 1 terug en draai aan (aandraaikoppel 34 tot 54 N.m).
- Vul af met olie (zie: 3 - ONDERHOUD: SMEERMIDDELEN EN BRANDSTOF) via vulopening 2.
- Start de verbrandingsmotor en laat deze stationair draaien.
- Controleer de aftapdop en de oliefilter op eventuele lekkage.
- Controleer op de peilstok 2 het niveau t.o.v. het merkteken MAXI.
- Zo nodig bijvullen.
BELANGRIJK
BELANGRIJK
BELANGRIJK
3 - 28
VERVANGEN
5
3
LEDIGEN
VERVANGEN
1
4
2
2
1
2
3