D. SYSTEEMBESCHRIJVINGEN
3.4. VROEGTIJDIGE REMSLIJTAGE VOORKOMEN
Zie eveneens "Slijtage-indicator (optioneel)" op pagina 16.
Het kan gebeuren dat een combinatie trekker-oplegger niet goed remt. Bij nader onderzoek stelt men dan dikwijls vast
dat bij trommelremmen op de oplegger de remvoeringen verglaasd of verbrand zijn en de remtrommels gescheurd; bij
schijfremmen blijken de remblokken na een beperkt aantal kilometers al volledig versleten te zijn en de remschijven
diepe groeven te vertonen.
Bij "gelede voertuigen" voldoen zowel trekker als oplegger tegenwoordig aan de Europese richtlijnen of aan de
voorschriften van de Verenigde Naties. In de praktijk blijkt de combinatie van de twee echter niet optimaal te remmen.
Nochtans is het uitermate belangrijk dat elk van de voertuigen zijn aandeel in de remkracht op een correcte wijze
opneemt en dit in alle beladingstoestanden.
Een harmonisatie van de reminrichting (zie § 3.5) van de trekker en de oplegger voorkomt deze problemen.
Consulteer eveneens de extra publicaties die meegeleverd zijn met de oplegger.
3.5. REMHARMONISATIE
Tussen de eerste 2000 en 10000 km, en bij elke wisseling van trekker, is een remhar-
monisatie aangewezen.
Deze remharmonisatie, die dient uitgevoerd te worden door de trekkerfabrikant, is aangewezen om een optimale rem-
krachtverdeling en een optimaal slijtagepatroon te bekomen tussen de trekker en de oplegger.
Schade en slijtage te wijten aan een slechte remharmonisatie zullen onder geen beding onder garantie aanvaard
worden. We bevelen dan ook aan om een remharmonisatie te laten uitvoeren en het harmonisatierapport zorgvuldig
te bewaren. Zorg er steeds voor dat het rapport duidelijk de gegevens van trekker en oplegger vermeldt, evenals de
datum waarop de harmonisatie werd uitgevoerd.
Consulteer eveneens de extra publicaties die meegeleverd zijn met de oplegger.
3.6. REMPLAATJE
Aangezien het remsysteem met EBS is uitgerust is het remplaatje vervangen door een zelfklever. Op de zelfklever
worden de parameters van het door het EBS gestuurde remsysteem teruggevonden.
Het EBS systeem kan enkel gecontroleerd worden door een erkend Wabco service-
punt dat over de aangepaste software beschikt.
STAS - Manual
Figuur 3.6.a. – Klever EBS remsysteem
16
3.7. TROMMELREM
Figuur 3.7.a. – Trommelrem
De rem van de oplegger werkt volgens het algemene principe van trommelremmen. De kracht van de remcilinder (1)
brengt via een stangenstelsel (2,3) de remas in een draaibeweging. Het S-nok (4) aan het uiteinde van de remas spreidt de
remblokken (5) en duwt ze op die manier tegen de binnenkant van de remtrommel (7). Zo wordt een effectieve remkracht
ontwikkeld.
Bij lossen van de rempedaal vervalt de cilinderduk op het stangenstelsel en keert de remas en het S-nok terug naar hun
oorspronkelijke positie. De remblokken worden door middel van trekveren (6) eveneens in hun oorspronkelijke positie
teruggebracht. De remkracht vervalt.
3.8. SCHIJFREM
Figuur 3.8.a. – Schijfrem
Bij het bedienen van de rempedaal drukt de drukstang (1) van de remcilinder op de hefboom (2) van de schijfrem. Het
daarin excentrisch gelagerde wiel (3) brengt de kracht over naar de brug (4). De klemkracht werkt via de draadstang en de
zuiger (5) in op de binnenste remvoering. Daarbij stoot de remvoering (6) zich tegen de remschijf (7) af. De reactiekracht
die ontstaat aan het remzadel (8) wordt op de tegenovergelegen remvoering overgedragen waardoor ook deze met een
gelijke kracht tegen de remschijf wordt aangedrukt en een effectieve remkracht ontwikkeld wordt.