12 Technische specificaties
11.8
Vorstbeveiliging
11.9
Ommanteling reinigen
12 Technische specificaties
12.1
Goedkeuringen
12.1.1
Certificeringen
Tab.88
Certificeringen
CE-identificatienummer
NOx-klasse
(1)
Type rookgasaansluiting
(1) EN 15502–1
(2) Als een ketel wordt geïnstalleerd met een aansluiting van het type B
Tab.89
Toestelcategorieën
Land
België
Luxemburg
92
C 340 / C 640
Zet de temperatuurregeling laag, bijvoorbeeld op 10°C.
Als het CV-water in de ketel te ver in temperatuur daalt, treedt de
ingebouwde ketelbeveiliging in werking. Deze werkt als volgt:
Om bevriezing van de installatie en radiatoren in vorstgevoelige ruimten
(bijvoorbeeld een garage) te voorkomen, kan er op de ketel een
vorstthermostaat of, indien mogelijk, een buitensensor worden
aangesloten.
PIN 0063CU3937
6
B
, B
(2)
23
23P
C
, C
33(X)
53
Categorie
I
2E(R)
I
2H
3. Houd de installatie vorstvrij.
Sluit de ketel niet af als de installatie niet vorstvrij gehouden kan
worden.
Opgelet
Tap de ketel en de CV-installatie af, als u voor langere tijd geen
gebruik maakt van de woning of het gebouw en er kans is op
vorst.
De vorstbeveiliging werkt niet als de ketel buiten bedrijf is.
De ingebouwde ketelbeveiliging werkt alleen voor de ketel en
niet voor de installatie en radiatoren.
Open de kranen van alle op de installatie aangesloten
radiatoren.
Bij een watertemperatuur lager dan 7°C start de pomp.
Bij een watertemperatuur lager dan 4°C start de ketel.
Bij een watertemperatuur hoger dan 10℃ schakelt de brander uit en
draait de pomp kort na.
1. Reinig de buitenzijde van het apparaat met een vochtige doek en een
zacht schoonmaakmiddel
, C
93(X)
, B
, dan wordt de IP-codering van de ketel verlaagd tot IP20.
23
23P
Toestelcategorieën
Gassoort
G20 (H-gas)
G25 (L-gas)
G20 (H-gas)
Aansluitdruk (mbar)
20
25
20
7792475 - v.02 - 01102021