Veranderen van de instellingen voor het Upper2 gedeelte
Instellen van het volume van het Upper2 gedeelte
Houd de "GRAND PIANO" toets ingedrukt en druk dan op de C{7 of D7 klaviertoets.
Gebruik van de +/– klaviertoetsen om de instelwaarde met 1 te verhogen of verlagen
(bedieningstype B)
• Instelwaarde: 0 (stil) t/m 42 (maximaal volume)
Er klinkt een scheidingstoon wanneer de instelwaarde een veelvoud van 10 bereikt.
• Standaardwaarde: 26
Klaviertoets
C{7
D7
C{7 + D7
Fijnstemmen van het Upper2 gedeelte (Upper2 ontstemmen)
Fijnstemmen van de relatieve toonhoogte van het Upper1 gedeelte naar het Upper2 gedeelte.
Houd de "GRAND PIANO" toets ingedrukt en druk dan op de F7 of F{7 klaviertoets.
Gebruik van de +/– klaviertoetsen om de instelwaarde met 1 te verhogen of verlagen
(bedieningstype B)
• Instelwaarde: –99 honderdsten t/m +99 honderdsten (100 honderdsten = 1 halve toon)
Er klinkt een scheidingstoon wanneer de instelwaarde een veelvoud van 10 bereikt.
• Standaardwaarde: 0 honderdsten
Klaviertoets
F7
F{7
F7 + F{7
A0
C1
C2
Verlaagt het volume van het Upper2 gedeelte met 1 (–).
Verhoogt het volume van het Upper2 gedeelte met 1 (+).
Het volume van het Upper2 gedeelte wordt teruggezet op de standaardinstelling.
A0
C1
C2
Verlaagt de toonhoogte van het Upper2 gedeelte met 1 honderdste (–).
Verhoogt de toonhoogte van het Upper2 gedeelte met 1 honderdste (+).
Maakt de toonhoogte van het Upper2 gedeelte gelijk aan de toonhoogte van het
Upper1 gedeelte (standaardinstelling).
C3
C4
C5
Instelling
C3
C4
C5
Instelling
NL-117
Veranderen van de instellingen
C6
C7
C8
C 7
D7
C6
C7
C8
F7
F 7