2.9.2
Elektrische systemen
Voor pompsets met elektrische apparaten (bijv. motor, temperatuurmeter) moeten de geïnstalleerde
apparaten worden gecertificeerd in overeenstemming met de zone waarin ze zijn geïnstalleerd.
2.9.3
Mechanisch gegenereerde vonken
Elimineer het risico van vonken en te hoge oppervlaktetemperaturen als gevolg van mechanische
spanningen.
Zorg er altijd voor dat de koppeling correct is uitgelijnd, zie ook hoofdstuk 5.
Bij hete toepassingen moet de uitlijning met de pomp bij bedrijfstemperatuur worden
gecontroleerd.
Neem adequate maatregelen om thermische uitzetting in warme of koude toepassingen
mogelijk te maken.
Elimineer het risico op vonken tijdens onderhoudswerkzaamheden!
Gereedschap dat tijdens het onderhoud van de installatie wordt gebruikt, moet zijn goedgekeurd
voor de betreffende zone.
Verplaats de apparatuur altijd naar een veilige plek voor demontage.
2.9.4
Lekkage van brandbare vloeistoffen
In het geval van brandbare vloeistoffen kan lekkage naar de atmosfeer een gevaarlijke situatie creëren.
Alleen gekwalificeerd personeel mag montage- en installatiewerkzaamheden uitvoeren,
rekening houdend met de montage- en installatievoorschriften.
Controleer voor de eerste ingebruikname altijd de aanhaalmomenten.
Vermijd het vastlopen van vloeistof in de pomp en de bijbehorende leidingen tijdens het gebruik
als gevolg van het sluiten van de kleppen, waardoor er gevaarlijke drukwaarden kunnen
ontstaan.
Het gebruik van brosse materialen voor drukhoudende onderdelen die direct aan de
atmosfeer worden blootgesteld, is niet toegestaan bij de omgang met brandbare media.
Pompen met een keramisch omhulsel mogen alleen met een gesloten lantaarn worden
gebruikt.
Bij de handling van brandbare media moet u ervoor zorgen dat de vloeistof geen schurende
deeltjes bevat. Neem in geval van twijfel contact op met Flowserve.
Voor toepassingen waarbij het risico bestaat dat er (ferro)magnetische deeltjes in de pomp
terechtkomen, moeten voorzieningen worden getroffen om ervoor te zorgen dat er geen
(ferro)magnetische deeltjes in de directe omgeving van de binnenmagneet terechtkomen
(bijv. door externe circulatie, aanzuigzeef, ...)
Zorg ervoor dat de ruimte van de installatie goed geventileerd is.
CBMM/CBME Gebruikersinstructie - OIM_ISOMAG - NL - 00
KENNISGEVING
Pagina 15 van 73