toon nummer 1
(970Hz ononderbroken).
•
Toon schoolbelfunctie: veld voor de wijziging van de toon van de sirenes wanneer deze in de mode schoolbel zijn (970Hz,
0,5s AAN / 0,5s UIT x3)
Door op de drukknop "VERDER" te drukken krijgt u toegang tot het submenu voor de instelling van de alarm- en
evacuatieparameters.
•
ALARM INSTELLINGEN:
◊ Knipperlicht - alleen het optische deel van de sirenes op de lus wordt geactiveerd. De uitgang "SND" van het paneel
wordt NIET geactiveerd.
◊ Sirene - alleen het akoestische deel van de sirenes op de lus wordt geactiveerd. De uitgang "SND" van het paneel wordt
geactiveerd.
◊ Sirene/Knipperlicht - zowel het akoestische als het optische deel van de sirenes op de lus wordt geactiveerd. De
uitgang "SND" van het paneel wordt geactiveerd.
◊ Individual – iedere sirene wordt actief volgens zijn eigen instellingen, die zijn vastgelegd in het menu Verder van elk
sirene element.
•
EVACUATIE INSTELLINGEN:
◊ Knipperlicht - alleen het optische deel van de sirenes op de lus wordt geactiveerd. De uitgang "SND" van het paneel
wordt NIET geactiveerd.
◊ Sirene - alleen het akoestische deel van de sirenes op de lus wordt geactiveerd. De uitgang "SND" van het paneel wordt
geactiveerd.
◊ Sirene/Knipperlicht - zowel het akoestische als het optische deel van de sirenes op de lus wordt geactiveerd. De
uitgang "SND" van het paneel wordt geactiveerd.
•
EVACUATIE CYCLUS: Deze functie maakt het mogelijk de sirenes af te wisselen tijdens de evacuatie- of alarmgebeurtenis
die aan de gang is, door afwisselend naar de AAN- en UIT-status te gaan (alleen knipperlicht) volgens de ingevoerde tijden;
dit maakt het mogelijk om de afwisseling van de sirenes met een voice-evacuatiepaneel direct ter plekke te beheren.
◊ UIT - tijdsinterval van 1 tot 600 seconden, gedurende de evacuatie/het alarm werken de sirenes alleen in de knipperlicht
mode (voor de beschikbare modellen).
◊ AAN - tijdsinterval van 1 tot 600 seconden, gedurende de evacuatie/het alarm werken de sirenes met de instelling die is
gekozen in het menu "Evacuatie instellingen" - bijvoorbeeld wanneer de optie Sirene/Knipperlicht is ingesteld, zullen de
sirenes tegelijk geluid maken en knipperen (voor de beschikbare modellen).
•
POLARITEIT – keert de werkingsmode van het afwisselen van de sirenes om van UIT/AAN naar AAN/UIT.
LET OP: Om de functie voor afwisselen van de evacuatie cyclus te activeren, moet een tijd anders dan 0
worden ingevoerd in allebei de velden, AAN en UIT. Anders is de cyclus niet actief.
Voorbeeld: de werkingsmode is ingesteld als "Sirene/Knipperlicht" en de cyclustijden zijn ingesteld als AAN: 30sec. en UIT: 40
sec.
Wanneer de evacuatie aan de gang is in de beveiligde locatie, zal het systeem werken volgens de evacuatie-instellingen,
als volgt: de sirenes zullen klinken (evacuatietoon) en knipperen gedurende 30 seconden, en daarna knipperen ze alleen,
gedurende 40 seconden. De cyclus herhaalt zich totdat het systeem wordt gereset (Herstel) of bij het indrukken van de knop
voor stoppen van het alarm.
•
EVAC MELDERGROEPEN: wanneer u zich toegang verschaft tot deze functie, wordt een nieuw scherm geopend
voor het beheer en de activering van de EVAC-meldergroepen van he voice-evacuatiepaneel dat is aangesloten op het
brandmeldsysteem via de meegeleverde interface
(zie volgende paragraaf).
69