Aansluitingen
WAARSCHUWING:
met het bedieningspaneel of systeem terwijl het bedieningspaneel is aangesloten
op de netvoeding om persoonlijk letsel of overlijden door elektrocutie te
vermijden.
Aanbevolen kabels
In de onderstaande tabel ziet u de Aanbevolen kabels voor een optimale
systeemprestatie.
Tabel 2: Aanbevolen kabels
Kabel
Voedingskabel
Zonekabel
(gemengde zone)
Zonekabel (automatische of
handmatige zones)
Brandnetwerkkabel
Opmerking:
Afhankelijk van de locatiegebonden EMI-omstandigheden en
installatietests kunnen ook andere soorten kabels gebruikt worden.
Gebruik 20 mm kabelwartels om schone en veilige aansluitingen aan de
behuizing van het bedieningspaneel te garanderen. U dient alle kabels door
de kabelgeleiders in de behuizing te voeren om speling te beperken.
Zones aansluiten met initialiserende apparaten
Zoneconfiguratie
Het bedieningspaneel beschikt over drie branddetectiezone-inputs, gemarkeerd
met Z1, Z2 en Z3 op de printplaat van de centrale voor het opgeven van het
blusgebied.
Als standaard beslaan Z1 en Z2 het blusgebied en zijn deze voor automatische
detectie van een blusgebeurtenis. (Beide zones moeten in brandalarmtoestand
staan om een blusgebeurtenis te bepalen.) De standaardconfiguratie voor Z3
levert een standaard branddetectie als een gemengde zone (met behulp van
automatische of handmatige brandalarmdetectie).
Extra opties voor de configuratie van zones zijn beschikbaar - raadpleeg
'Bluszones' op pagina 50 voor meer informatie.
Gevaar voor elektrische schokken. Maak geen verbindingen
Omschrijving kabel
3 x 1,5 mm²
Gedraaid-gepaard (max. 40 Ω en 500 nF)
12 tot 26 AWG (0,13 tot 3,31 mm²)
Gedraaid-gepaard (max. 55 Ω en 500 nF)
12 tot 26 AWG (0,13 tot 3,31 mm²)
Gedraaid-gepaard, Cat 5
12 tot 26 AWG (0,13 tot 3,31 mm²)
Hoofdstuk 2: Installatie
Lengte van kabel
nvt
2 km max.
2 km max.
1,2 km max.