Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Metro Therm SHB 20 Installatie- En Bedieningshandleiding pagina 38

Inhoudsopgave

Advertenties

Aansluiting van de externe temperatuur-
sensor
Sluit de buitentemperatuursensor BT1 (meegeleverd) aan
op de SHB 20 op de AA3-X6:1 en AA3-X6:2 strip.
BT1
BT1
Aansluiting van de temperatuursensor BT25
Sluit de buitentemperatuursensor BT25 (meegeleverd) aan
op de SHB 20 op de AA3-X6:5 en AA3-X6:6 strip. Voor de lo-
catie van de sensor zie hoofdstuk "Aansluitmogelijkheden".
BT25
BT25
Aansluiting van de temperatuursensor BT6
Sluit de buitentemperatuursensor BT6 (meegeleverd) aan
op de SHB 20 op de AA3-X6:7 en AA3-X6:8 strip.
BT6
BT6
Aansluiting van de temperatuursensor BT7
Sluit de buitentemperatuursensor BT7 (meegeleverd) aan
op de SHB 20 op de AA3-X6:15 en AA3-X6:16 strip.
BT7
BT7
AANDACHT
De locatie van de overige sensoren vindt u in de
paragraaf "Aansluitschema's".
38
Hoofdstuk 6 | Elektrische aansluitingen
SHK 200S/ SHK 200S-6
SHB 20
1
2
3
4
5
AA3-X6
SHK 200S/ SHK 200S-6
SHB 20
5
6
7
8
9
AA3-X6
SHB 20
SHK 200S/ SHK 200S-6
7
8
9
10
11
AA3-X6
SHB 20
SHK 200S/ SHK 200S-6
15
16
17
18
AA3-X6
LAADMONITOR
Als er in het gebouw veel stroomverbruikers zijn ingescha-
keld terwijl de elektrische bijverwarming in bedrijf is,be-
staat het risico dat de hoofdzekering doorslaat. Stroom-
meters regelen de vermogensstappen voor de elektrische
bijverwarming door stap voor stap af te schakelen bij over-
belasting in een fase. Heraansluiting vindt plaats wanneer
ander stroomverbruik wordt verminderd.
AANDACHT
Als er stroommeters zijn geïnstalleerd, wordt vol-
ledige functionaliteit verkregen door 'fasevolg-
orde detecteren' in te schakelen en de zekering-
grootte te wijzigen in 20A in menu 5.1.12.
Aansluiten van stroomsensoren
Om de stroom te meten, moet er een stroomsensor (BE1 -
BE3) worden gemonteerd op iedere ingaande faseleiding
in de elektrische verdeelkast. De elektrische verdeelkast is
een prima plek voor de installatie. Sluit de stroomsensoren
aan op een meeraderige kabel in een behuizing naast de
elektrische verdeelkast. Gebruik een niet-afgeschermde,
meeraderige kabel met minimaal 0,5mm², tussen de behu-
izing en de SHB 20. Sluit de kabel aan op de ingangskaart
(AA3) op klemmenstrook X4:1-4, waarbij X4:1 de gezamen-
lijke klemmenstrook is voor de drie stroomsensoren. De
waarde voor de grootte van de zekering stelt u in in menu
5.1.12, zodat deze correspondeert met de grootte van de
hoofdzekering van het pand. Hier kunt u ook de transfor-
matieverhouding van de stroomsensor afstellen.
Als de stroom te laag is ingesteld (MENU 5.1.12), kan dit de
bijverwarming stoppen, het vermogen van de warmtepomp
beperken en de prestaties van de compressor beïnvloeden.
Stromversorgung
Ingaandeelektriciteit
P
E
N
L
L
L
1
2
3
Schaltkasten
Elektrische
hoofdverdeelkast
AA3-X4
BELANGRIJK!
Als de stroom te laag is ingesteld (MENU 5.1.12),
kan dit de bijverwarming stoppen, het vermogen
van de warmtepomp beperken en de prestaties
van de compressor beïnvloeden.
Steuermodul
SHB 20
AA3-X4
6
5
4
3
2
1
SMO
Steuermodul
SHB 20
Externt
Extern
Extern
BE3
BE1
BE2
SHB20

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave