Parallelleinterfaceaansluiting
1
Steek één kant van de printerkabel (niet
bijgevoegd) in de parallelle inter-
faceaansluiting aan de achterkant van
de printer.
•Gebruik een parallelle printerk-
abel die voldoet aan IEEE1284.
•U krijgt de beste resultaten als u
de printer dichtbij de computer
installeert. Het snoer moet afges-
chermd zijn en niet langer zijn
dan 3 meter.
2
Maak de kabel vast met de klemmen aan beide kanten van de aansluiting.
Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de parallelleinterfaceaansluiting van de
computer.
USB (Universal Serial Bus) interfaceaansluiting
1
Sluit het ene uiteinde van de USB-kabel
aan op de achterzijde van de printer.
•Gebruik een kabel die voldoet
aan Revisie 2.0 van USB-norm
(een rechthoekig type A-stekker
en een vierkant type B-stekker).
•De aansluitkabel moet afges-
chermd zijn en mag niet langer
zijn dan 5 meter.
2
Sluit het andere uiteinde van de USB-
kabel aan op de USB-interfaceaansluit-
ing van de computer.
Netwerk interfaceaansluiting
Steek de netwerkkabel (niet bijgevoegd) in
de netwerk interfaceaansluiting aan de
rechterzijde van de printer.
U heeft een ethernet interfacekabel
(rechte kabel) nodig om de printer in
een netwerkmilieu aan te sluiten.
8
Parallelle printerkabel
USB-kabel
Netwerkkabel