OPMERKING
7 De systeemkaart heeft twee processorsockets en een VRM-sleuf voor
elke processor. Als u de bestaande processor gaat verwisselen,
verwijdert u deze uit de socket door de lipjes aan de onder- en
bovenkant van de processor vast te pakken en de processor
voorzichtig van de systeemkaart af te trekken. Verwijder vervolgens
de VRM voor de processor.
Als u een processor in de tweede socket wilt installeren, verwijdert
u de afsluitweerstand.
Als u een processor installeert die sneller is dan de bij het pc-
werkstation geleverde processor, vervalt de garantie.
8 Schuif de nieuwe processor in de socket en duw deze voorzichtig op
zijn plaats (de processor past slechts op één manier). Als u een
tweede processor installeert, verwijdert u de kaart in de tweede
socket en schuift u daar de processor in.
9 Plaats de VRM voor de processor in de VRM-socket.
10 Dek de processorsockets weer af met het doorzichtige gedeelte van
de HP UltraFlow-luchtstroomgeleider.
11 Schuif de voedingseenheid terug in de computer en draai de vier
borgschroeven vast.
12 Zet het pc-werkstation terug in de originele positie en plaats de
HP UltraFlow-luchtstroomgeleider terug.
13 Sluit de ventilator opnieuw aan op de systeemkaart.
Een processor installeren
51