De begrenzingskabel leggen
De locatie van de begrenzingskabel bepaalt de parameters van het maaigebied; dit
gebied kan uit meerdere delen bestaan waarbinnen de gazonmaaier werkt. Zie voor
het instellen van startpunten voor maaien en gedetailleerde informatie '4 MENU-
INSTELLINGEN' (M pagina 38).
Het is slecht voor de gazonmaaier om de begrenzingskabel op een te steile helling te leggen. Zie "Voorwaarden voor
het leggen van de begrenzingskabel" (M pagina 20) voor meer informatie.
Het voordeel van het leggen van de terugkeerdraad is dat deze de rijafstand tussen
het laadstation en de startpunten voor maaien verkort en de vorming van wielsporen
voorkomt.
- Verkort de terugkeertijd naar het laadstation.
- Vergemakkelijkt het rijden door de smalle doorgangen.
Houd 5 mm of minder ruimte tussen de delen van
de begrenzingskabel. Zorg dat de delen van de
begrenzingskabel elkaar niet overlappen of kruisen.
Leg de begrenzingskabel rond
objecten waar de gazonmaaier
op kan vastlopen (d.w.z. rotsen,
boomstronken, enz.); deze
objecten moeten uit het
werkgebied worden verwijderd.
De terugkeerdraad kan worden gelegd op hellingen met een
hellingsgraad tot 15° (27%). Als de terugkeerdraad op een
helling met een hellingsgraad tot 15° (27%) wordt gelegd,
legt u deze schuin op de helling.
OPMERKING:
- Zorg dat u het 'TUINONTWERP' invult met verwijzing naar de indeling van de begrenzingskabel
(M pagina 109).
Correct
Minder dan
15° (27%)
Houd 30 tot 50 cm
ruimte tussen de
begrenzingskabel
en de grens van
het maaigebied.
Hoe werkt de Honda Robotmaaier
Leg de begrenzingskabel niet
lateraal op een helling die steiler
is dan 15° (27%).
Leg de begrenzingskabel lateraal
op een relatief vlakke ondergrond,
met een helling van minder dan
15° (27%), als dit gebied achter
een helling ligt die steiler is dan
15° (27%).
Incorrect
Meer dan
15° (27%)
5