9.7 Blokkering
De deur wordt vergrendeld wanneer deze
functie wordt geactiveerd.
Deze functie voorkomt dat de ovenfunctie
per ongeluk wordt gewijzigd.
Schakel het in als de oven werkt – de ingestelde be‐
reiding gaat door, het bedieningspaneel wordt ver‐
grendeld.
Schakel deze in als de oven is uitgeschakeld - de
oven kan niet worden ingeschakeld, het bedienings‐
paneel is vergrendeld.
– houd inge‐
drukt om de func‐
tie in te schake‐
len.
een geluidssig‐
naal.
3 x
– knippert wanneer de vergrendeling
wordt ingeschakeld.
9.8 Automatische uitschakeling
Omwille van veiligheidsredenen schakelt de
oven na bepaalde tijd automatisch uit als er
een verwarmingsfunctie in werking is en u de
oventemperatuur niet wijzigt.
Druk na een automatische uitschakeling op
een willekeurige knop om de oven opnieuw te
activeren.
De automatische uitschakeling werkt niet
met de functies: licht, duur, einde.
9.9 Koelventilator
Als de oven in werking is, wordt de
koelventilator automatisch ingeschakeld om
de oppervlakken van de oven koel te houden.
Als je de oven uitschakelt, blijft de ventilator
doorgaan, totdat de oven is afgekoeld.
9.10 De ovenaccessoires plaatsen
Diepe schaal:
Plaats de braadpan tussen de
geleidestangen van de inschuifrails.
24
NEDERLANDS
– houd inge‐
drukt om het uit
te schakelen.
• Alle accessoires hebben kleine
• De hoge rand rond het rooster
9.11 Telescopische geleiders - de
ovenaccessoires plaatsen
Bewaar de installatie-instructies voor de
telescopische geleiders voor toekomstig
gebruik.
Met telescopische geleiders kun je de
plateaus gemakkelijker plaatsen en
verwijderen.
inkepingen aan de aan de bovenkant
van de randen rechts en links om de
veiligheid te verhogen. De inkepingen
zijn ook anti-kantelmechanismen.
voorkomt dat het kookgerei wegglijdt.