• Wijzig desgewenst het Label en de Eenheid.
• Tik op
om de afgeleide grafiek te
berekenen.
• Selecteer Alle runs als de afgeleide moet
worden berekend voor alle runs van de
variabele.
• Bij
de
volgende
oorspronkelijke gegevens gemeten en de
afgeleide ervan wordt eveneens in realtime berekend en weergegeven.
Integraal
Gebruik Integraal om de functie (de primitieve
functie) te berekenen waarvan de afgeleide gelijk
is
aan
de
weergegeven
integraalfunctie kan worden bepaald tot op een
constante (de constante van integratie).
• Selecteer een Run en grootheid.
• Voer de Startwaarde
integratie). Dit is de waarde die is toegewezen
aan de waarde langs de verticale as voor 0.
• Wijzig desgewenst het label (grootheid) en de eenheid
• Tik op
om de grafiek van de integraal te berekenen.
• Selecteer Alle runs als de integraal moet worden berekend voor alle runs van de
variabele.
• Bij de volgende meting worden de oorspronkelijke gegevens gemeten en de integraal
ervan wordt in realtime berekend en weergegeven.
Punten selecteren/ verwijderen
• Selecteer een Run en een grootheid.
• Selecteer de selectiemethode: Gebied of Punten.
• Voor de Gebied methode: sleep de rode
grenslijnen om het bereik te selecteren.
• Voor de Punten methode: Selecteer punten
door op een punt in de grafiek te tikken of
door de kleine pictogrammen te gebruiken:
Alles deselecteren,
Alles selecteren,
selecteer even punten,
selecteer oneven punten,
selecteer/deselecteer een punt.
• Kies daarna tussen Behouden – de niet-geselecteerde punten worden verwijderd of
Verwijderen – de geselecteerde punten worden verwijderd.
• Na bevestiging wordt een nieuwe run met de geselecteerde gegevensrijen
toegevoegd.
42 | VinciLab 2 Gebruikershandleiding
meting
worden
grafiek.
constante van
in (de
de
Zo'n