Tussen schermen navigeren
Op de JUPITER-50 navigeert u tussen schermen door elke knop, of de functieknoppen die aan verschillende eigenschappen zijn toegewezen, in te
drukken. Hier leggen we uit hoe er tussen schermen genavigeerd kan worden.
De uitleg in deze handleiding bevat illustraties die weergeven wat er normaalgesproken in het scherm getoond zal worden. Het apparaat kan echter
een nieuwere, verbeterde versie van het systeem bevatten (bijvoorbeeld nieuwere klanken hebben), dus wat u daadwerkelijk in het scherm ziet kan
soms niet overeenkomen met dat wat in de handleiding verschijnt.
Top scherm
Dit is het hoofdscherm dat verschijnt als u de stroom aanzet. Het
toont de naam van de op dat moment geselecteerde registratie, de
klank en het volume van elk Part en de Split status.
REGISTRATION scherm
([SHIFT] + [F1](REG) knop)
Bewerk het volume van de registratie en het volume en de Pan van
elk Part.
REGISTRATION PERC/LOWER EDIT scherm
([SHIFT] + [F2](PRC/LWR) knop)
Maak instellingen voor het Percussion/Lower Part.
REGISTRATION SOLO EDIT scherm
([SHIFT] + [F3](SOLO) knop)
Maak instellingen voor het Solo Part.
REGISTRATION EFFECT scherm
([SHIFT] + [F4](EFFECT) knop)
Maak instellingen voor de registratie.
LIVE SET (UPPER) scherm
([SHIFT] + [F5](UPPER) knop)
Bewerk de Tone die aan elke Layer van de Live Set is toegewezen,
en specificeer zijn volume.
LIVE SET TONE BLENDER scherm
([SHIFT] + [F6](BLENDER) knop)
Bewerk meerdere parameters voor de Live set gelijktijdig.
Menu scherm
1.
Druk op de [MENU] knop .
Het Menu scherm verschijnt.
2.
Selecteer één van de volgende items, en druk op de
[ENTER] knop .
pag . 54
Edit
([F1] (EDIT) knop)
Toegang tot het registratie of Live set bewerkingsscherm.
Registratie
pag . 54
Toegang tot het registratie bewerkingsscherm.
Live Set (UPPER)
Toegang tot het Live Set bewerkingsscherm.
pag . 54
Initialize
([F2] (INIT) knop)
De registratie of Live Set initialiseren.
pag . 54
Registratie
De registratie initialiseren.
Live Set (UPPER)
De Live Set initialiseren.
pag . 57
System
([F3] (SYSTEM) knop)
Algehele instellingen voor de gehele JUPITER-50 maken.
pag . 60
Utility
([F4] (UTILITY) knop)
Handelingen zoals een reservekopie van User (gebruiker) data
maken of initialisatie uitvoeren.
ACT
([F5] (ACT) knop)
ACT instellingen maken. '
pag . 54
pag . 57
pag . 56
pag . 63
pag . 75
pag . 70
pag . 87
35