•
Maak de slang voor het poedertransport 6 los van het pistool 5 en steek deze op de
poederslanghouder 7 .
•
Trek stootkegel 1 van het spuitkopinzetstuk 3 af.
•
Schroef wartel 2 van de pistoolbehuizing 4 af.
•
Trek spuitkopinzetstuk 3 voorzichtig uit de pistoolbehuizing 4 .
Voorzichtig
Let er bij het uittrekken in insteken van het inzetstuk op dat deze niet wordt beschadigd!
•
Ontdoe de gedemonteerde delen en het spuitpistool van poederresten.
•
Controleer voor montage of de contactvlakken op het inzetstuk 3 en in de pistoolbehuizing
4 grondig schoon zijn, zodat de punt van de elektrode geleidend verbonden is met de
hoogspanningsbron.
•
Steek voorzichtig inzetstuk 3 weer in de pistoolbehuizing 4 en schroef deze met wartel 2
vast.
•
Schuif stootkegel 1 weer op het inzetstuk 3 .
•
Neem slang 8 voor de nieuwe verf van de slanghouder 7 en koppel deze aan het pistool 5 .
•
Het spuitpistool is weer klaar voor gebruik en u kunt beginnen met het instellen van de
spuitwolk conform hoofdstuk 3.1.
4.
Onderhoud en reiniging
4.1
Vervangen van het pistool
Voordat u begint met het vervangen van het pistool, dient u deze eerst te ontdoen van
poederresten conform hoofdstuk 3.3.
Voorzichtig
Installatie, reparatie of vervanging van het pistool of onderdelen daarvan mogen
uitsluitend buiten de gevaarlijke zone en op een daarvoor geschikt plaats door
vakkundig personeel worden uitgevoerd!
Bij het spuitpistool dienen de slijtdelen, die in de onderdelenlijst zijn aangegeven met *,
regelmatig te worden gecontroleerd en, zonodig, vervangen.
04/2002
PEA-C3XL
11
0351731