Inhoudsopgave
Advertenties
AV instellen
U kunt de AV-parameters instellen.
1
Druk op de [FNC]-knop.
h Pop-up menu verschijnt.
h
2
Raak [
] aan.
h START-scherm verschijnt.
h
3
Raak [
] aan.
h SETUP-scherm verschijnt.
h
4
Raak [AV] aan.
h AV-scherm verschijnt.
h
5
Stel iedere parameter als volgt in.
[Guidance/Voice Recognition Volume]
■
Pas het volume van de begeleiding en
spraakherkenning aan in de Apple CarPlay/
Android Auto-modus. Standaard is „19".
[Incoming Call Volume (Ring)]
■
Pas het beltoonvolume aan in de Apple
CarPlay/Android Auto-modus. Standaard is
„15".
[In Call Volume (Talking)]
■
Pas het volume van de kiestoon en het
volume tijdens een gesprek aan in de Apple
CarPlay/Android Auto-modus. Standaard is
„15".
[Speech Quality Adjust]
■
U kunt de spraakkwaliteit aanpassen.
[Microphone Level] : Pas het volume van
uw stem aan.
Standaard is „0".
[Echo Cancel Level] : Pas het niveau van
echo-onderdrukking aan.
Standaard is „0".
[Noise Reduction Level] : Verminder
de omgevingsruis zonder het
microfoonvolume te wijzigen. Gebruik
deze functie als de stem van de beller niet
duidelijk is.
Standaard is „0".
[iPod Bluetooth Connection]
■
Zie Selecteer de methode om
verbindingen te maken om het iPod
geluid weer te geven (P.29).
[Driving Position]
■
Selecteer de rijrichting (links of rechts).
„Left" (Links) (Standaard)/„Right" (Rechts)
[Reverse with ATT]
■
Selecteer of het audiovolume automatisch
moet worden verlaagd wanneer de
versnelling naar de achteruit-positie (R)
wordt geschakeld. De standaardinstelling is
„ON".
Verbindingsinstellingen
OPMERKING
• Sommige items in de Verbindingsinstellingen
zijn uitgeschakeld tijdens het gebruik van Apple
CarPlay.
1
Druk op de [FNC]-knop.
h Pop-up menu verschijnt.
h
2
Raak [
] aan.
h START-scherm verschijnt.
h
3
Raak [
] aan.
h SETUP-scherm verschijnt.
h
4
Raak [Connection] aan.
h Het scherm Connection Setup verschijnt.
h
5
Stel iedere parameter als volgt in.
■
[Bluetooth]
Schakelt de Bluetooth-functie in of uit.
[Device List]
■
Selecteer het aangesloten apparaat dat moet
worden gebruikt. (P.45)
[Device Name]
■
Als u ON selecteert voor Bluetooth, kunt u de
naam van het Bluetooth-apparaat wijzigen.
Zie Verander de apparaatnaam voor
Bluetooth (P.62).
Installatie
61
Nederlands
Advertenties
Inhoudsopgave
