GEBRUIK VAN DE ELEKTROMOTOR
Om de elektromotor met het voetpedaal te bedienen, moet het pedaal gesynchroniseerd worden met de
ontvanger van de elektromotor. Zie Het draadloze voetpedaal activeren in de paragraaf Informatie over
installatie van het product, bedrading en de accu in deze handleiding.
f
e
HET BEDIENINGSPEDAAL IN- OF UITSCHAKELEN
Druk de ankerknop in en houd ingedrukt. Eén korte pieptoon van het voetpedaal geeft aan dat het voetpedaal
is ingeschakeld; twee korte pieptonen geven aan dat het voetpedaal is uitgeschakeld.
nld
a
d
25
a -
teen omlaag – bocht naar rechts
b -
schroef even aan/uit
c -
schroef constant aan/uit
d -
hiel omlaag – bocht naar links
e -
ankerknop – modellen met GPS; te‐
vens bedieningspedaal aan/uit
b
f -
toerentalregelaar
c
51747