4
Rijden
Snelheidsbegrenzing (variant)
De snelheidsbegrenzing (variant) is een
functie die kan worden gecon gureerd door de
vlootbeheerder. Hiermee wordt een maximum
snelheid ingesteld, die permanent kan zijn of
kan worden opgeroepen door de bestuurder.
Deze functie helpt de bestuurder om zich te
houden aan snelheidsbeperkingen, bijv. in
opslagruimtes of bepaalde zones.
Snelheidsbegrenzing in- en uitschakelen
– Druk op de toets
Het eerste menuniveau verschijnt.
– Druk op de softkey "Rijden"
Het menu "Rijden" verschijnt.
– Druk op de softkey "Snelheidsbegrenzing"
.
De activeringsbalk verschijnt naast het sym-
bool. De snelheidsbegrenzing is ingescha-
keld.
– Druk opnieuw op de softkey om de snel-
heidsbegrenzing uit te schakelen.
Snelheidsbegrenzing con gureren
OPMERKING
Het instelmenu is alleen toegankelijk als
de machine stilstaat en de parkeerrem is
ingeschakeld. Als de parkeerrem te vroeg
wordt uitgeschakeld, wordt het instelmenu
gesloten. Toegang is alleen mogelijk als de
vlootbeheerder het wachtwoord invoert.
– Stop de machine.
– Schakel de parkeerrem in.
– Druk op de toets
– Druk op de softkey "Instellingen"
Het eerste menuniveau verschijnt.
– Activeer de "Toegangsautorisatie voor de
vlootbeheerder".
Het menu "Instellingen" wordt geopend op het
display.
150
.
.
.
.
56368011505 NL - 04/2019 - 05
Gebruik