Let erop dat de ethanolvaten zich onder de brander moeten bevinden (maxi-
maal 4 m hoogteverschil), anders dreigt bij een lek een ongecontroleerd
weglekken van ethanol.
Houd de slangen daarom zo kort mogelijk (maximale lengte 10m) en
bescherm ze tegen contact met scherpe, spitse, hete of ruwe voorwerpen.
De bewaarplaats voor de ethanolvaten moet, bij gebruik van ebios-fire
5-litervaten, de minimale afmetingen 350 mm x 180 mm x 240 mm (h x b x
d) per vat hebben. Bovendien moet de opstellocatie zodanig zijn ingericht dat
er geen opeenhoping van brandbare gassen mogelijk is, dat lekkend ethanol
wordt opgevangen en dat het uitbreiden van de brand wordt voorkomen.
2.4 OPSTELLING/MONTAGE
De ebios-fire
®
-inbouwhaard is een gebruiksklaar toestel voor de inbouw in
een individueel vervaardigd meubel (brandbare materialen) of in een indivi-
dueel gemaakte schoorsteenbekleding (niet-brandbare materialen).
Bij individueel gemaakte stookplaatsen, waarin de ebios-fire
gebruikt wordt, is er geen rookgasafvoer nodig.
®
Het meubel resp. de schoorsteenbekleding met ebios-fire
moet horizontaal worden uitgelijnd en tegen kantelen worden beveiligd.
Wandmeubelen aan de muur bevestigen, staande meubelen aan de muur
of aan de vloer bevestigen. Neem hierbij de veiligheidsafstanden in acht.
Achterverluchtingen mogen niet worden afgesloten of afgedekt. Plaats de
brander (indien niet in de fabriek reeds voorzien) in de daarvoor voorziene
uitsparingen van de inbouwhaard.
Staande meubels mogen uitsluitend worden opgesteld op een vloer met vol-
doende draagvermogen. Bij onvoldoende draagvermogen moeten passende
maatregelen worden genomen (bijv. plaat voor verdeling van de last) om dit
te bereiken.
In principe zijn alle wijzigingen aan de constructie van de ebios-fire
bouwhaard NIET toegestaan!
NL 11
NL
-inbouwhaard
®
-inbouwhaard
®
®
-in-