2.2 BASISVEREISTE VOOR DE OPSTELLING
Bij installatie en gebruik van de ebios-fire
vante nationale en Europese normen en plaatselijke voorschriften (opslag-
en brandpreventievoorschriften, enz.) te worden aangehouden en toegepast!
Hieronder volgen relevante regelingen, maar deze lijst is mogelijk niet vol-
ledig en de gegevens hebben alleen betrekking op een bedrijf in Duitsland.
In andere landen dienen de daar geldende bepalingen te worden nageleefd.
BetrSichV
Betriebssicherheitsverordnung (Verordening inzake de bedrijfsveiligheid)
TRbF
Technische regels brandbare vloeistoffen
Brandschutzverordnung des jeweiligen Bundeslandes (Brandpreventieverorde-
BsV
ning van de desbetreffende Duitse deelstaat)
LBO
Landesbauordnungen (Bouwverordeningen van de Duitse deelstaten)
GefStoffV
Gefahrstoffverordnung (Verordening betreffende gevaarlijke stoffen)
De ebios-fire
mag alleen worden geplaatst in ruimten waar gezien de loca-
®
tie, de bouwsituatie en de wijze van gebruik geen gevaren ontstaan. Het
grondoppervlak van het vertrek moet dusdanig uitgevoerd en groot zijn dat
de ebios-fire
in overeenstemming met de voorschriften en het gebruiksdoel
®
gebruikt kan worden.
Voor het transport van uw ebios-fire
transportmiddelen met voldoende draagvermogen worden gebruikt.
Tijdens het transport mag er geen brandstof in de brandgoot zitten.
Meld TRANSPORTSCHADE onmiddellijk aan uw leverancier en overhandig
bewijskrachtig fotomateriaal. Bescherm bij de opbouw en het transport de
bekleding en de zichtbare onderdelen van het haardmeubel tegen vervuiling
en schade.
inbouwhaard dienen alle rele-
®
mogen alleen goedgekeurde
®
Er wordt geadviseerd om een geschikt brandbestrijdingsmiddel voor brand
van vloeistoffen (brandklasse B) ter beschikking te stellen.
2.3 OPSTELLOCATIE
Let er bij de opstelling/installatie van de ebios-fire
de onmiddellijke straling van grote warmtebronnen (verwarmingselementen,
houtkachels enz.) staat of op plekken met een hoge temperatuurbelasting
(bijv. sauna's).
Uw ebios-fire
-inbouwhaard mag niet opgesteld worden:
®
1. In trappenhuizen, behalve in residentiële gebouwen met niet meer dan
twee woningen
2. In algemeen toegankelijke gangen
3. In garages.
4. In vertrekken waar licht ontvlambare of explosieve stoffen of mengsels
in zulke hoeveelheden worden verwerkt, opgeslagen of vervaardigd dat
door ontsteking of ontploffing gevaren kunnen ontstaan.
5. In onvoldoende geventileerde ruimten
6. In openbaar toegankelijke zones zonder toezicht.
7. In zones die niet zijn beschermd tegen tocht
8. Op (niet-ingebouwde) tafels, meubelstukken, muurborden enz.
9. In de open lucht zonder bescherming tegen het weer en een hoge
luchtvochtigheid
Bij opstelling van de ethanolvaten moet zijn gewaarborgd dat deze niet kun-
nen omkantelen. Verder mogen de vaten alleen worden bewaard in vakken
of kasten waarin een ophoping van brandbare gassen wordt vermeden. Er
mogen geen ontstekingsbronnen in de onmiddellijke buurt zijn van ethanol-
vaten en -leidingen.
NL 10
®
op dat het toestel niet in