3
Kadreer de foto.
Plaats uw onderwerp in het midden van
het beeld.
A
De ontspanknop
De camera heeft een tweetraps ontspanknop. De camera stelt scherp
wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt. Als u de foto wilt maken,
drukt u de ontspanknop helemaal in.
z
A
Automatische onderwerpselectie
In de automatische fotostand analyseert de
camera automatisch het onderwerp en
selecteert hij de geschikte scène. De
geselecteerde scène wordt aangeduid door een
pictogram op het scherm.
c Portret: portretten van mensen.
d Landschap: landschappen en stadsgezichten.
f Nachtportret: portretten tegen een donkere achtergrond.
e Close-up: onderwerpen dicht bij de camera.
Automatisch: onderwerpen die niet in de hierboven vermelde categorieën
Z
vallen.
A
Filmopname
In de automatische fotostand kunnen geen films worden opgenomen en
heeft het indrukken van de filmopnameknop geen effect.
A
Zie ook
Zie pagina 159 voor informatie over het uitschakelen van het signaal dat
klinkt wanneer de camera scherpstelt of wanneer de elektronische sluiter
wordt ontspannen.
22
Scherpstellen: druk de
ontspanknop half in
Maak de foto: druk de
ontspanknop helemaal in
Scènepictogram