ONDERHOUDSPROCEDURES
kan tot brandwonden leiden. Raak
geen elektrische onderdelen of
delen van de jetpomp aan als de
motor draait.
OPMERKING
hete motor. Start de motor altijd
voordat u de waterkraan opent.
Open de waterkraan onmiddellijk
nadat u de motor hebt gestart
om oververhitting te voorkomen.
Laat de motor 90 seconden statio-
nair draaien.
OPMERKING
nooit draaien zonder watertoe-
voer naar het uitlaatsysteem als
de waterscooter uit het water is.
Controleer of er water uit de jet-
pomp stroomt terwijl u spoelt.
Raadpleeg anders een erkende
Sea-Doo dealer voor service.
OPMERKING
nooit langer dan 2 minuten
draaien. De pakking van de aan-
drijflijn wordt niet gekoeld wan-
neer de waterscooter uit het wa-
ter is.
Draai de waterkraan dicht, laat de
motor 5 seconden op 5000 RPM
lopen, en stop daarna de motor.
OPMERKING
kraan altijd dicht voordat u de
motor stopt. Anders zal er water
in de motor dringen.
OPMERKING
Verwijder de snel-
koppelingadapter na het spoelen
(indien gebruikt).
Rijplaat en waterinlaat-
rooster
Inspectie van rijplaat en
waterinlaatrooster
Inspecteer de rijplaat en het water-
inlaatrooster van de jetpomp op
beschadigingen. Laat het bescha-
digde onderdeel repareren of ver-
vangen door een erkende Sea-Doo
dealer.
160
Spoel nooit een
Laat de motor
Laat de motor
Draai de water-
WAARSCHUWING
Het bindsnoer moet altijd uit de
motoruitschakelaar worden ge-
nomen voordat u het inlaatroos-
ter gaat inspecteren.
TYPISCH
TE INSPECTEREN PLAATSEN
1. Waterinlaat
2. Rijplaat
Opofferingsanode
Inspectie opofferingsanode
Controleer op slijtage. Indien meer
dan voor de helft versleten, anode
vervangen.
1. Locatie opofferingsanode
Verwijdering opofferingsanode
Schroef de hexagonale schroef van
de opofferingsanode los en verwij-
der de anode.