Inhoudsopgave
Advertenties
BEDRIJFSMODI
WEERGEGEVEN MELDING
CRUISEMODUS ACTIEF
Ingestelde kruissnelheid
veranderen
De ingestelde kruissnelheid te
verhogen of verlagen:
1. Houd de gashendel ingedrukt.
2. Druk op de knop OMHOOG/OM-
LAAG.
WEERGEGEVEN MELDING
CRUISEMODUS - SNELHEID WORDT
AANGEPAST
3. Druk op de knop OMHOOG/OM-
LAAG om de snelheid naar
wens aan te passen.
Cruisemodus deactiveren
De cruisemodus deactiveren:
130
1. Laat de gashendel los.
2. Druk de cruiseknop in.
Dat de cruisemodus is gedeacti-
veerd wordt aangegeven door:
-
Het CRUISE-indicatorlichtje op
het scherm van de snelheidsme-
ter gaat uit.
-
Er klinkt een PIEPtoon.
OPMERKING: Als de gashendel
niet helemaal wordt losgelaten
wanneer de cruiseknop wordt inge-
drukt om de cruisemodus te deac-
tiveren, weerklinkt geen PIEP-
TOON en blijft het cruiselichtje
branden. De snelheidsbeperkende
functie van de cruisemodus blijft
dan actief totdat de gashendel vol-
ledig wordt losgelaten, waarna een
PIEPTOON weerklinkt en het crui-
selichtje uitgaat.
Langzame snelheidsmo-
dus (Alle modellen behal-
ve RXT-X en RXT-X aS)
De iTC (intelligent Throttle Control)
maakt ook een trage-snelheidsmo-
dus mogelijk waarmee de bestuur-
der de stationaire snelheid kan
aanpassen en instellen. Dat is nut-
tig bij varen in trage-snelheidszo-
nes, waar de bestuurder bijzonder
moet oppassen om potentiële hin-
dernissen te vermijden.
De bestuurder kan de stationaire
snelheid
instellen
1,6 km/h naar 11 km/h.
Als u optrekt naar meer dan onge-
veer 14 km/h, wordt de trage-snel-
heidsmodus
gedeactiveerd
schakelt de motor terug naar het
stationaire toerental wanneer u de
gashendel loslaat.
In situaties waarin de bestuurder
snel moet kunnen stoppen of op-
trekken uit een gevaarlijke situatie
zal het intrekken van de iBR-hendel,
tussen
en
Advertenties
Inhoudsopgave
