Download Print deze pagina

Yamaha PM5D Gebruikershandleiding pagina 210

Advertenties

UTILITY-functie
FUNCTION
SET LOCATION, RS-422 REC,
RS-422 PLAY, RS-422 STOP,
RS-422 FF, RS-422 REW, RS-
422 LOCATE 1–20
MACHINE CONTROL
MMC REC, MMC PLAY, MMC
STOP, MMC FF, MMC REW,
MMC LOCATE 1–20
GPI OUT CONTROL
PORT 1–12
PM5D EDITOR
*5
CONTROL
SET NOMINAL LEVEL
SET DEFAULT VALUE
PAN
GAIN/ATT
ENCODER MODE
ALT LAYER
KEY
MIX SEND
FADER FLIP
SELECTED CH
INSERT ON/OFF
STEREO STRIP
STEREO A, STEREO B
SECTION
MACHINE SELECT
DSP5D CONTROL
CH STRIP LAYER DIRECT
*1. Het overeenkomstige kanaal wordt geselecteerd in het veld DEFINE van het scherm MONITOR en de monitorbron wordt geschakeld naar DEFINE.
*2. De LED licht op voor door de gebruiker gedefinieerde toetsen voor als er een scherm in het geheugen is opgeslagen. De kolom rechts van de lijst in
het scherm USER DEFINE geeft de naam van het in het geheugen opgeslagen scherm aan.
*3. Als lagen kunnen onder andere de volgende items in het geheugen worden opgeslagen.
- De laag die is geselecteerd in de INPUT channel strip (CH 1-24, CH 25-48, MIDI REMOTE)
- De laag die is geselecteerd in de ST IN/FX RTN channel strip (ST IN 1-4, FX RTN 1-4, MIDI REMOTE)
- De laag die wordt weergegeven in de DCA channel strip (DCA, A–F, GEQ)
- Als de DCA channel strip GEQ, het GEQ-modulenummer en de band regelt
- De encodermodus die is geselecteerd met ENCODER MODE (SEND, PAN, HA, ATT, ALT)
- De status van FADER FLIP
- De momenteel geselecteerde MIX-send
- De modus die is geselecteerd in het gedeelte MIX (MIX SEND, MIX MASTER)
- De bron die is geselecteerd in het gedeelte METER (CH 1-24 ST IN, CH 25-48 ST IN, MIX/MATRIX)
*4. De uitgangspoort en het MIDI-kanaal kunnen worden opgegeven in het scherm MIDI SETUP.
*5. Met deze parameter wordt het PM5D Editor-venster opgegeven dat u wilt regelen. Als het opgegeven venster gesloten of niet actief is, wordt het
venster geopend en actief gemaakt. Als het opgegeven venster al geopend en actief is, wordt het venster gesloten.
Opmerking
In de modus PREVIEW zijn de volgende USER DEFINE-functies uitgeschakeld die betrekking hebben op interne signaalverwerking:
EVENT LIST, TALKBACK ASSIGN, MONITOR, MIDI DIRECT OUT, MACHINE CONTROL en GPI OUT CONTROL.
210
PM5D/PM5D-RH V2 / DSP5D Gebruikershandleiding
PARAMETER 1
PARAMETER 2
MMC ID= 1–127, ALL
LATCH
UNLATCH
*5
1–24
MONITOR, CUE
#1(PM5D), #2(DSP5D),
#3(DSP5D)
#1(PM5D) CH1-24,
#1(PM5D) CH25-48,
#2(DSP5D) CH1-24,
#2(DSP5D) CH25-48,
#3(DSP5D) CH1-24,
#3(DSP5D) CH24-48,
#1(PM5D) STIN1-4,
#1(PM5D) FX RTN1-4,
#2(DSP5D) STIN1-4,
#2(DSP5D) FX RTN1-4,
#3(DSP5D) STIN1-4,
#3(DSP5D) FX RTN1-4
Hiermee wordt de opgegeven RS422/MMC-opdracht
verzonden vanuit de RS422 REMOTE-controller of de
momenteel geldende MIDI-poort (de opdracht SET LOCATION
wordt door zowel RS422 als MMC gebruikt).
Hiermee schakelt u elke keer dat u op de toets drukt de
opgegeven GPI OUT-poort tussen actief en inactief.
Hiermee schakelt u de opgegeven GPI OUT-poort naar inactief
terwijl u de toets ingedrukt houdt.
Vensters schakelen in PM5D Editor op een pc
Als u deze toets ingedrukt houdt en op de toets [SEL] drukt,
wordt de fader van dat kanaal ingesteld op nominaal niveau.
(Als u deze toets ingedrukt houdt, gaan alleen de [SEL]-toetsen
branden van kanalen die niet het nominale niveau hebben.) U
kunt ook het niveau instellen op nominaal niveau door de cursor
te verplaatsen naar een knop (niveau, EQ-versterking) of fader
op het scherm en vervolgens op de toets [ENTER] te drukken
terwijl u deze toets ingedrukt houdt.
Als u de cursor naar een knop of fader op het scherm verplaatst
en vervolgens op de toets [ENTER] drukt terwijl u deze toets
ingedrukt houdt, keert de regelaar terug naar de
standaardwaarde.
Dezelfde functie als de toets [PAN] in het gedeelte ENCODER
MODE van het bovenste paneel.
Dezelfde functie als de toets [GAIN/ATT] in het gedeelte
ENCODER MODE van het bovenste paneel.
Dezelfde functie als de toets [ALT LAYER] in het gedeelte
ENCODER MODE van het bovenste paneel.
Dezelfde functie als de toetsen MIX SEND SELECT [1]--[24] in
het gedeelte ENCODER MODE van het bovenste paneel.
Dezelfde functie als de toets [FLIP] in het gedeelte FADER
FLIP van het bovenste paneel.
Schakelt insert in/uit voor het geselecteerde kanaal.
Hiermee selecteert u STEREO A/B-kanalen, Monitor of Cue als
de functie die wordt geregeld met de STEREO-fader en [ON]-
toets van de STEREO A/B channel strip.
Uit: Monitor of CUE is ingeschakeld
Aan: STEREO A/B-kanalen zijn ingeschakeld
Hiermee selecteert u de PM5D of DSP5D (#2 of #3) als de
machine die wordt geregeld met paneelbewerkingen (brandt
als de opgegeven machine is geselecteerd)
Hiermee schakelt u de INPUT channel strip of de ST IN/FX
RTN channel strip naar een laag van de gewenste machine
(brandt als de opgegeven laag is geselecteerd)
Gedeelte Naslagwerk
Uitleg

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Dsp5dPm5d-rh