Download Print deze pagina

Yamaha PM5D Gebruikershandleiding pagina 209

Advertenties

FUNCTION
PARAMETER 1
ENABLE/DISABLE
TRACKING RECALL
OFFSET LOCK
SELECTED CH ON
SELECTED CH ASSIGN
TALKBACK ASSIGN
DIRECT ASSIGN
DIRECT ASSIGN
MONITOR
DIMMER ON
CURRENT PAGE
TAP TEMPO
EFFECT 1–EFFECT 8
ALL EFFECTS
SURROUND PAN
GRAB
NAME ¡ PORT ¡ ID
ID
NAME DISPLAY
PORT
NAME
PAGE BACK
PAGE FORWARD
PAGE BOOKMARK
PAGE CHANGE
GEQ PARAM PAGE
EFFECT PARAM PAGE
NEXT TAB
PREVIOUS TAB
LAYER SNAPSHOT
DIRECT RECALL/
MODE CHANGE
MUTE MASTER
NEXT BANK
USER DEFINED KEY
PREVIOUS BANK
BANK
DIRECT SELECT
MIDI NOTE
MIDI PGM CHANGE
MIDI DIRECT OUT
MIDI CTRL CHANGE
PARAMETER 2
MIX 1–24, MATRIX 1–8,
STEREO A L/R,
STEREO B L/R
MIX 1–24, MATRIX 1–8
SELECTED CH, ODD
CH, EVEN CH
UNLATCH
GEQ 1–20
EFFECT 1–8
LATCH
UNLATCH
BANK A–D
C-2–G 8
1–128
0–119
PM5D/PM5D-RH V2 / DSP5D Gebruikershandleiding
Uitleg
Dezelfde functie als de knop ENABLE/DISABLE in het scherm
TRACKING RECALL.
Dezelfde functie als de knop OFFSET LOCK in het scherm
TRACKING RECALL.
Hiermee schakelt u de functie Tracking Recall in/uit voor het
momenteel geselecteerde kanaal.
Als er een uitgangskanaal is geselecteerd, schakelt u hiermee
talkback-transmissie in/uit voor dat kanaal.
Hiermee wordt het talkback-signaal verzonden naar het
opgegeven uitgangskanaal.
Hiermee wordt het gewenste MIX/MATRIX-kanaal afgeluisterd
Hiermee schakelt u monitordimmerfunctie in.
Hiermee regelt u de functie Tap Tempo in het weergegeven
scherm.
Hiermee regelt u de functie Tap Tempo van het opgegeven
effect.
Hiermee regelt u de functie Tap Tempo van alle effecten die een
TEMPO-parameter hebben.
Hiermee kunt u een aan GPI toegewezen joystick gebruiken om
de surroundpan van het overeenkomstige kanaal te regelen.
Elke keer dat u op de toets drukt, bladert de indicator [NAME]
voor elke fader door de kanaalnaam ¡ poortnaam ¡ id
(kanaalnummer).
De indicator [NAME] voor elke fader geeft de id
(kanaalnummer) alleen aan als u de toets ingedrukt houdt.
De indicator [NAME] voor elke fader geeft de poortnaam alleen
aan als u de toets ingedrukt houdt.
De indicator [NAME] voor elke fader geeft de kanaalnaam
alleen aan als u de toets ingedrukt houdt.
Hiermee wordt het scherm weergegeven dat u onmiddellijk
voor het huidige scherm hebt gebruikt.
Hiermee wordt het scherm weergegeven dat u onmiddellijk na
het huidige scherm hebt gebruikt.
Hiermee wordt het momenteel geselecteerde scherm in het
geheugen weergegeven (houd de toets twee seconden of
langer ingedrukt) of wordt het laatst in het geheugen
opgeslagen scherm weergegeven (druk de toets in en laat deze
*2
binnen twee seconden weer los).
Hiermee wordt het scherm GEQ PARAM weergegeven.
Hiermee wordt het scherm EFFECT PARAM weergegeven.
Hiermee wordt het volgende scherm binnen de momenteel
geselecteerde functie weergegeven.
Hiermee wordt het vorige scherm binnen de momenteel
geselecteerde functie weergegeven.
Hiermee wordt de status van de aan het paneel toegewezen
laag in het geheugen weergegeven (houd de toets twee
seconden of langer ingedrukt) of wordt de laatst in het
geheugen opgeslagen laag weergegeven (druk de toets in en
laat deze binnen twee seconden weer los).
Hiermee schakelt u elke keer dat u op de door de gebruiker
gedefinieerde toets drukt tussen de functies van de SCENE
MEMORY [1]–[8]-toetsen (DIRECT RECALL/MUTE MASTER).
De toetsen SCENE MEMORY [1]–[8] werken als DIRECT
RECALL als u de door de gebruiker gedefinieerde toets
ingedrukt houdt.
Hiermee schakelt u naar de volgende bank met toewijzingen
van door de gebruiker gedefinieerde toetsen.
Hiermee schakelt u naar de vorige bank met toewijzingen van
door de gebruiker gedefinieerde toetsen.
Hiermee schakelt u naar de gewenste bank met toewijzingen
van door de gebruiker gedefinieerde toetsen.
Als u op de toets drukt, wordt een noot-aan-bericht verzonden
met het opgegeven nootnummer en een snelheid van 127. Als
u de toets loslaat, wordt een noot-aan-bericht verzonden met
hetzelfde nootnummer een een snelheid van 0 (= noot uit).
Als u op de toets drukt, wordt een programmawijzigingsbericht
verzonden met het opgegeven nummer
Als u op de toets drukt, wordt een besturingswijzigingsbericht
verzonden met het opgegeven besturingsnummer en een
waarde van 127. Als u de toets loslaat, wordt een
besturingswijzigingsbericht verzonden met hetzelfde
*4
besturingsnummer en de waarde 0.
Gedeelte Naslagwerk
*1
*3
*4
*4
209

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Dsp5dPm5d-rh