Venkon XL
Montage-, installatie- en gebruikershandleiding
7.3.2 Aansluiting (*C1)
Algemene opmerkingen
Leg alle laagspanningskabels op de kortste manier aan.
Zorg voor een ruimtelijke scheiding van laagspannings- en kracht-
stroomkabels, bv. door metalen scheidingen op kabelrails.
Verkeerd!
Gebruik als laagspannings- en buskabels alleen afgeschermde ka-
Stervormige aanleg van de buskabels.
bels.
Alle buskabels moeten lijnvormig worden aangelegd. Een stervor-
mige bedrading is niet toegestaan!
De KaController wordt via een busverbinding op de betreffende
besturingsprintplaat van het apparaat aangesloten.
Juist!
Lijnvormige aanleg van de buskabels.
Tab. 12: Aanleg van de buskabels
43