Gebruik papier dat is bedrukt met hittebestendige inkt en dat geschikt is voor xerografische
kopieerapparaten. De inkt moet zonder te smelten of gevaarlijke stoffen af te geven, bestand zijn
tegen temperaturen van 205°C voor niet-MICR-toepassingen en 225°C voor MICR-toepassingen.
Gebruik inkt die niet wordt aangetast door de hars in de toner. Inktsoorten op water- of oliebasis
voldoen aan deze vereisten. Latex-inkt zou echter problemen kunnen opleveren. Neem in geval van
twijfel contact op met uw papierleverancier.
Geperforeerd papier kiezen
Geperforeerd papier kan per fabrikant verschillen in het aantal perforaties, de plaats van de perforaties
en de toegepaste fabricagetechnieken.
Houd u aan de volgende richtlijnen wanneer u geperforeerd papier kiest en gebruikt:
•
Probeer geperforeerd papier van verschillende fabrikanten uit voordat u een grote bestelling
plaatst.
•
De perforatie moet door de papierfabrikant in het papier zijn gedrukt. Papier waarvan de
perforatie is geboord, is ongeschikt. Geboord perforatiepapier kan bij invoer in de printer aan
elkaar vast blijven zitten en zo een papierstoring veroorzaken.
•
Papier met een gedrukte perforatie kan meer papierstof bevatten dan normaal papier. Als u
geperforeerd papier gebruikt, moet u de printer vaker schoonmaken. Bovendien is de kans op
papierstoringen groter dan bij normaal papier.
•
De richtlijnen voor papiergewicht zijn voor normaal en geperforeerd papier identiek.
Papier kiezen
Als papier op de juiste wijze wordt geladen, is het risico op vastlopen kleiner en kunt u zonder
problemen afdrukken.
U voorkomt als volgt papierstoringen en een slechte afdrukkwaliteit:
•
Gebruik altijd nieuw, onbeschadigd papier.
•
Voordat u papier laadt, moet u weten wat de geschiktste afdrukzijde van dit papier is. Dit staat
meestal op de verpakking vermeld.
•
Gebruik geen papier dat u zelf op maat hebt gesneden of geknipt.
•
Gebruik nooit papier van verschillend formaat, gewicht of soort in dezelfde papierbron. Dit leidt
tot papierstoringen.
•
Gebruik geen coated papier.
•
Vergeet niet om de instelling voor Papierformaat te wijzigen als u een bron gebruikt die geen
automatische formaatdetectie ondersteunt.
•
Verwijder papierladen niet tijdens het uitvoeren van een afdruktaak of wanneer het bericht
Bezig wordt weergegeven.
•
Zorg ervoor dat Papiersoort, Papierstructuur en Papiergewicht goed zijn ingesteld. (Zie
Papier
voor gedetailleerde informatie over deze instellingen.)
•
Controleer of het papier goed in de papierlade is geplaatst.
22
Menu