Liquiline Control CDC90
Aansluiting
De volgende communicatie-opties zijn leverbaar in de CDC90-regeleenheid:
• Analoge stroomuitgangen en -ingangen
• Activeren via de analoge stroomingang (AI).
• Feedback via de analoge stroomuitgang (AO).
• De instellingen moeten worden geïmplementeerd via de webserver of het lokale display.
• EtherNet/IP (adapter)
• PROFIBUS DP (slave)
• Modbus TCP (server)
• PROFINET (instrument)
Aansluiting van PROFINET en PROFIBUS DP via gateway
De gateway moet extern worden geïnstalleerd. Een 3 m (3.28 ft) lange Ethernet-kabel is
meegeleverd. De kabel naar het distributed control system moet worden voorzien door de
klant.
47
PROFINET en PROFIBUS DP communicatieverbinding
1
Ethernet switch op CDC90
2
Gateway
3
Distributed control system DCS
4
Ethernet-kabel, CDC90/gateway-communicatie
5
Communicatieverbinding, gateway/distributed control system DCS
1.
Voor aansluiting op de CDC90, wordt de Ethernet-kabel (4) aan de bovenkant van de
gateway aangesloten.
2.
Sluit het eindstuk aan op de Ethernet switch (1).
3.
Voor aansluiting op de DCS, wordt de communicatiekabel (5) aan de onderkant van de
gateway aangesloten.
4.
Sluit het eindstuk aan op de DCS (3).
Aansluiting van EtherNet/IP via gateway
De gateway moet extern worden geïnstalleerd. Een 3 m (3.28 ft) lange Ethernet-kabel is
meegeleverd. De kabel naar het distributed control system moet worden voorzien door de
klant.
Endress+Hauser
2
1
4
3
5
Systeemintegratie
A0044818
69