Schakeltoestellen met frequentieomvormer
(uitvoering CC-FC):
• Netbedrijf: In het menu iedere pomp afzonderlijk
op "Handbedrijf" instellen. Vervolgens dient u te
werk te gaan zoals bij de schakeltoestellen zonder
frequentieomvormer.
• Frequentieomvormer-bedrijf: In de bedrijfssitua-
tie Automatisch met frequentieomvormer iedere
pomp afzonderlijk in het menu op "Automatisch"
instellen. Vervolgens dient u door kort inschake-
len van de afzonderlijke pompen de draairichting
bij frequentieomvormer-bedrijf te controleren. Bij
onjuiste draairichting van alle pompen moeten
2 willekeurige fasen aan de uitgang van de fre-
quentieomvormer worden verwisseld.
8.3 Instelling van de motorbeveiliging
• WSK / PTC: Bij de beveiliging tegen overtempera-
tuur is geen instelling vereist.
• Overstroom: zie paragraaf 6.2.2
8.4 Signaalgever en optionele modules
Voor signaalgevers en optionele extra modules
moeten de inbouw- en bedieningsvoorschriften
ervan in acht worden genomen.
9 Onderhoud
Onderhoud en reparatie alleen door gekwalifi-
ceerd personeel!
GEVAAR! Levensgevaar!
Bij werkzaamheden aan elektrische apparaten
bestaat levensgevaar door elektrische schok-
ken.
• Bij alle onderhouds- en reparatiewerkzaamhe-
den moet het schakeltoestel spanningsvrij wor-
den geschakeld en worden beveiligd tegen
onbevoegd opnieuw inschakelen.
• Beschadigingen van de aansluitkabel mogen uit-
sluitend door een gekwalificeerde elektricien
worden verholpen.
• De schakelkast moet schoon worden gehouden.
• Schakelkast en ventilator moeten bij vervuiling
worden gereinigd. De filtermatten in de ventilato-
ren moeten worden gecontroleerd, gereinigd en
zo nodig vervangen.
• Vanaf een motorvermogen van 5,5 kW de
relaiscontacten van tijd tot tijd controleren op
verbranden en bij sterkere verbranding vervangen.
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Control CC-Booster
• De laadtoestand van de backup-batterij van de
real-time-klok wordt door het systeem geregi-
streerd en indien nodig gemeld. Bovendien advi-
seren wij de batterij om de 12 maanden te
vervangen. Hiertoe moet de batterij volgens de
onderstaande afbeelding in de CPU-module wor-
den vervangen.
10 Storingen, oorzaken en oplossingen
Laat het verhelpen van storingen alleen door
gekwalificeerd personeel uitvoeren! Veilig-
heidsvoorschriften onder hoofdstuk 2 in acht
nemen.
10.1 Storingsindicatie en reset
Als zich een storing voordoet, wordt de kleur van
het hoofdmenu ROOD, de verzamelstoringsmel-
ding wordt geactiveerd en de pagina "Actuele
alarmen" wordt weergegeven.
Bij systemen met afstandsdiagnose wordt een
melding naar de vastgelegde ontvanger(s) ver-
zonden.
De storing kan op het bedieningsapparaat of via
afstandsdiagnose worden bevestigd.
Indien de oorzaak van de storing voor de bevesti-
ging is verholpen, wordt de kleur van het hoofd-
menu weer wit. Als de storing na de bevestiging
nog actief is, gaat de kleur van het hoofdmenu
naar geel en de bijbehorende storingsmelding
wordt geel gemarkeerd in de lijst met alarmen.
10.2 Geschiedenisgeheugen voor de storingen
Voor het schakeltoestel is een geschiedenisge-
heugen ingesteld dat volgens het FIFO-principe
(First IN First OUT) werkt. Iedere storing wordt
opgeslagen, voorzien van een tijdstempel (datum/
tijd).
De alarmlijst kan op de pagina "Alarmgeschiede-
nis" worden ingezien.
Nederlands
15