Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Algemene Specificaties; Netvoeding; Uitgangsvermogen Van De Motor En Motorgegevens; Omgevingscondities - Danfoss VLT AutomationDrive FC 302 Bedieningshandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor VLT AutomationDrive FC 302:
Inhoudsopgave

Advertenties

Algemene specificaties

5 Algemene specificaties

5.1 Netvoeding

Netvoeding (L1-1, L2-1, L3-1, L1-2, L2-2, L3-2)
Voedingsspanning
Voedingsspanning
Lage netspanning/uitval van de netvoeding:
Bij een lage netspanning of uitval van de netvoeding blijft de frequentieregelaar in bedrijf totdat de DC-tussenkringspanning
daalt tot onder het minimale stopniveau. Dit ligt gewoonlijk 15% onder de minimale nominale netspanning. Bij een netspanning
van meer dan 10% onder de minimale nominale netspanning zijn inschakeling en een volledig koppel waarschijnlijk niet
mogelijk.
Voedingsfrequentie
Maximale tijdelijke onbalans tussen netfasen
Werkelijke arbeidsfactor (λ)
Verschuivingsfactor (cos φ) dicht bij 1
Schakelen aan netingang L1-1, L2-1, L3-1, L1-2, L2-2, L3-2 (inschakelingen)
Omgeving volgens EN 60664-1
De eenheid is geschikt voor gebruik in een circuit dat maximaal 100.000 A

5.2 Uitgangsvermogen van de motor en motorgegevens

Motoraansluiting (U, V, W)
Uitgangsspanning
Uitgangsfrequentie
Schakelen in de uitgang
Aan- en uitlooptijden
Koppelkarakteristiek
Startkoppel (constant koppel)
Start-/overbelastingskoppel (variabel koppel)
Stijgtijd van het koppel in Flux (voor 5 kHz fsw)
Stijgtijd van het koppel in VVC
1) Het percentage heeft betrekking op het nominale koppel.
2) De responstijd van het koppel is afhankelijk van de toepassing en de belasting, maar gewoonlijk is de koppelstap van 0 naar
de referentiewaarde 4-5 keer de koppelstijgtijd.

5.3 Omgevingscondities

Omgeving
Behuizing
Triltest
Max. relatieve vochtigheid
Agressieve omgeving (IEC 60068-2-43)
Omgevingstemperatuur (bij SFAVM-schakelmodus)
- met reductie
- bij volledige constante uitgangsstroom van de frequentieregelaar
1) Zie Speciale omstandigheden in de VLT
Minimale omgevingstemperatuur bij volledig bedrijf
Minimale omgevingstemperatuur bij gereduceerd uitgangsvermogen
Temperatuur tijdens opslag/vervoer
MG34Q410
Bedieningshandleiding
+
(onafhankelijk van fsw)
5-95% (IEC 721-3-3; klasse 3K3 (niet-condenserend)) tijdens bedrijf
®
AutomationDrive FC 301/FC 302 Design Guide voor meer informatie over reductie.
Danfoss A/S © 04/2016 Alle rechten voorbehouden.
3,0% van de nominale netspanning
≥ 0,9 nominaal bij nominale belasting
overspanningscategorie III/verontreinigingsgraad 2
symmetrisch en 500/600/690 V kan leveren.
rms
0-100% van de voedingsspanning
maximaal 150% gedurende 60 s
maximaal 110% gedurende 0,5 s
IP 21/Type 1, IP 54/Type 12
Maximaal 55 °C (131 °F)
Maximaal 45 °C (113 °F)
-25 tot +65/70 °C (8,6 tot 149/158 °F)
380-500 V ± 10%
525-690 V ± 10%
5
50/60 Hz ± 5%
(> 0,98)
maximaal 1 keer/2 min
0-590 Hz
onbeperkt
0,001-3600 s
1)
, 1 keer/10 min
1)
, 1 keer/10 min
1 ms
10 ms
0,7 g
klasse H
5
2
1)
1)
0 °C (32 °F)
-10 °C (14 °F)
73
5

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave