Met behulp van de
voorkeuzetoetsen
1. Druk op de PHONE toets op de
audio-unit.
2. Druk op de gewenste
voorkeuzetoets (gebruik
voorkeuzetoetsen 1 - 6).
N.B.: Deze procedure geldt alleen
voor audio-units met een
telefoontoetsenbord.
Met behulp van het menu op
de audio-unit
1. Druk op de toets PHONE of de
toets 'beantwoorden'.
2. Druk op de MENU toets op de
audio-unit.
3. Selecteer de ACTIVE PHONE
optie op de audio-unit.
4. Rol met behulp van de
zoektoetsen door de
verschillende opgeslagen
telefoons om de gekoppelde
telefoons weer te geven.
5. Druk op de MENU toets om de
telefoon te selecteren die de
actieve telefoon moet worden.
N.B.: Nadat een Bluetooth telefoon
met het systeem is gekoppeld, wordt
deze de actieve telefoon.
Gekoppelde telefoon
ontkoppelen
Een gekoppelde telefoon kan op elk
gewenst moment uit het systeem
worden gewist, behalve wanneer
met deze telefoon een gesprek
wordt gevoerd.
Telefoon
1. Druk op de toets PHONE of de
toets 'beantwoorden'.
2. Druk op de MENU toets op de
audio-unit.
3. Selecteer de optie DEBOND op
de audio-unit.
4. Rol met behulp van de
zoektoetsen door de
verschillende telefoons om de te
ontkoppelen telefoon weer te
geven.
5. Druk op de MENU toets om de
telefoon te selecteren die moet
worden ontkoppeld.
GEBRUIK MAKEN VAN DE
TELEFOON - AUTO'S MET
TRAVEL PILOT EX
In dit hoofdstuk worden de
telefoonfuncties van het TravelPilot
EX navigatiesysteem beschreven.
N.B.: Raadpleeg de handleiding van
uw TravelPilot EX navigatiesysteem
voor meer informatie over de
bedieningstoetsen.
Er moet een actieve telefoon
aanwezig zijn.
Zelfs wanneer uw telefoon met het
TravelPilot EX navigatiesysteem is
gekoppeld, kan deze nog op de
gebruikelijke wijze worden gebruikt.
279