Advertenties
88
88
Hoofdstuk 4 De tool [Voorbeeld en Bewerken] gebruiken
Hoofdstuk 4 De tool [Voorbeeld en Bewerken] gebruiken
8
Selecteer een laserprinter en klik op [Afdrukken].
Het origineel in het papiergeheugen wordt afgedrukt op de laserprinter.
B Stel het papierformaat in op hetzelfde formaat als u voor het origineel in het papiergeheugen hebt ingesteld
(A4 of Letter voor de MF9-serie). Als een afbeelding wordt vergroot of verkleind, kan deze niet door de printer
worden gescand.
B Voor het maken van een origineel in het papiergeheugen is een laserprinter van 600 dpi of meer nodig.
Het is echter mogelijk dat de RISO-printer het origineel niet goed kan scannen, afhankelijk van het model en
de afdrukkwaliteit van de laserprinter.
9
Gebruik de RISO-printer om het afgedrukte origineel in het papiergeheugen te scannen
en af te drukken.
Origineel in papiergeheugen
Laserprinter
B Raadpleeg de gebruikershandleiding van de RISO-printer voor informatie over het gebruik van het origineel in het
papiergeheugen.
RISO-printer
Advertenties
Hoofdstukken
