48
48
Hoofdstuk 3 Werken met het printerstuurprogramma
Hoofdstuk 3 Werken met het printerstuurprogramma
– Bij een USB-flash-via-printerstuurprogramma
Hier kunt u extra informatie voor het opslaan van data en uitvoer van de USB-flashdrive instellen. De onderstaande
informatie wordt samen met de documentdata opgeslagen. Dergelijke informatie kan worden gebruikt voor het
identificeren van de data.
Wanneer u op [Details] klikt, wordt het dialoogvenster [Label afdrukken via USB] geopend.
Bestandsnaam van origineel gebruiken:
Selecteer het selectievakje om automatisch de bestandsnaam van het origineel te gebruiken zodat deze kan worden
geïdentificeerd in de toepassingssoftware waarmee het document is gemaakt.
Taaknaam:
Voer de identificatienaam in wanneer u een andere naam wilt gebruiken dan die wordt weergegeven in de
toepassingssoftware waarmee het document is gemaakt.
Eigenaar:
Voer de naam van de beheerder van de data in die moeten worden opgeslagen of naar de USB-flashdrive moeten
worden verzonden. Standaard wordt de naam van de gebruiker die zich heeft aangemeld op de computer gebruikt.
Map:
Selecteer welke map (1-6) moet worden gebruikt om data op de USB-flashdrive op te slaan of via de USB-flashdrive
af te drukken.
Station (alleen bij een USB-flash-via-printerstuurprogramma):
Selecteer het station waarmee de USB-flashdrive is verbonden. Het station dat wordt waargenomen als de USB-
flashdrive wordt weergegeven in het keuzemenu.
Melding tonen voordat gegevens worden verwijderd:
Selecteer het selectievakje om een bevestigingsmelding op het bedieningspaneel van uw printer van RISO weer te
geven voordat opgeslagen gegevens worden gewist.
B U kunt de volgende tekens niet voor [Taaknaam] en [Eigenaar] gebruiken.
Niet toegestane tekens: \ / :, ; * ? " < > l
B B ij het printerstuurprogramma voor de USB-flashdrive worden de data automatisch gewist als het afdrukken is voltooid
wanneer [Afdrukken via USB (autom.)] als [Uitvoer] is geselecteerd (A
4 Kleur
Nadat [Kleurgegevens] (op het tabblad [Beeld] bij printers die eenkleurig afdrukken (A 58); op het tabblad [Kleur] bij
printers die tweekleurig afdrukken
inktkleuren automatisch geselecteerd uit de inktkleuren die in de printer zijn geplaatst en wordt de geselecteerde
inktkleur blauw getoond.
Indien de informatie niet kan worden verkregen, moet u handmatig de inktkleuren kiezen die in de printer zijn
geplaatst.
(A
54)) is vernieuwd en de informatie over inktkleuren is ontvangen, worden de
47).