Nederlands
3. Goed en degelijk solderen
Let op:
!
Bij ondeskundig solderen kan er brandgevaar optreden. Vermijd dit
gevaar: lees hoofdstuk Veiligheidsmaatregelen goed door en volg
de aanwijzingen op.
Gebruik een kleine soldeerbout van hoogstens 30 Watt. Houd de
soldeerstift schoon waardoor de warmte van de soldeerbout goed
naar de te solderen plaatst, kan worden geleid.
Gebruik alleen elektronica soldeertin met een vloeimiddel.
Gebruik bij het solderen van elektronische schakelingen nooit
soldeerwater of soldeervet. Deze bevatten zuren, die de onderdelen
en koperbanen kunnen beschadigen.
Soldeer snel: door te lang solderen worden onderdelen beschadigd. Ook
heeft dit het loslaten van de soldeerogen en koperbanen als gevolg.
Houd de soldeerstift zodanig op de soldeerplek, dat gelijktijdig het
soldeeroog en de draad verhit worden. Voer gelijktijdig (niet te veel)
soldeertin toe. Zodra de soldeertin begint te vloeien haalt u het weg. Dan
wacht u nog een moment, totdat het achtergebleven soldeertin goed is
doorgelopen alvorens de soldeerstift van de soldeerplek weg te halen.
Beweeg het de zojuist gemaakte soldering gedurende 5 seconden niet.
Voorwaarde voor een correcte soldeerplek en goed solderen is een
schone en niet geoxideerde soldeerstift. Strijk daarom voor elke
soldering het overtollige soldeertin en het vuil weg met een vochtige
spons, een dikke vochtige doek of een siliconendoek.
Controleer na het solderen (het beste met een loep), of niet per
ongeluk printbanen met tin zijn overbrugd. Dit kan niet alleen leiden
tot een verkeerde werking, maar ook tot beschadiging van deze
onderdelen. U kunt overvloedig soldeertin met een schone
soldeerstift opnieuw vloeibaar maken. De tin vloeit dan van de print
naar de soldeerstift.
Pagina 96
FCS-modules