Voor het plaatsen van de SIM-kaart(en), eventueel een Micro-SD-
geheugenkaart en de batterij moet het klepje van de behuizing aan
de achterkant van het toestel worden verwijderd. Druk onder de
SOS-toets op het klepje van de behuizing en schuif dit klepje naar
beneden totdat u het kunt verwijderen (afbeelding 1).
Plaats de SIM-kaart(en) in de houder (afbeelding 2). De eerste
SIM-kaart wordt in de bovenste houder geplaatst (bij het deksel)
en de tweede SIM-kaart in de onderste houder (bij de printplaat).
Als u slechts één SIM-kaart gebruikt, dan plaatst u deze in de bo-
venste houder voor de eerste SIM-kaart. De contactpunten van de
SIM-kaart(en) moeten naar onder (naar de printplaat) worden ge-
plaatst. De uitsparing van de SIM-kaart moet na de plaatsing
zichtbaar zijn en in de richting van de Micro-SD-geheugenkaart
wijzen.
Plaats de Micro-SD-geheugenkaart, indien van toepassing, voor-
zichtig in de kaarthouder in het midden van het toestel (afbeelding
3). De contactpunten van de Micro-SD-geheugenkaart moeten
naar onder (naar de printplaat) worden geplaatst.
Daarna wordt de batterij geplaatst. Dit is maar op 1 manier moge-
lijk door de uitsparingen(afbeelding 4).
Plaats vervolgens het klepje van de behuizing terug en schuif dit in
de richting van de SOS-toets totdat het vast klikt.
Opmerking:
Eerste ingebruikname
De telefoon kan worden gebruikt zonder Micro-SD-
geheugenkaart. De geheugencapaciteit is dan ech-
ter beperkt. Als u vaak foto's of spraakberichten wilt
opnemen, is het raadzaam een Micro-SD-
geheugenkaart te gebruiken. Het toestel onder-
steunt Micro-SD-geheugenkaarten tot 8 GB.
11