HOE EEN PERSOONLIJK PROGRAMMA AAN
TE MAKEN EN TE GEBRUIKEN
1
Het bedieningspaneel aanzetten.
Zie stap 1 op pagina 15.
2
Een persoonlijk programma kiezen.
Om een persoonlijk
programma te kie-
zen, druk op een
van de drie toetsen
voor Persoonlijke
Programma's
[CUSTOM]. Als u
op een Persoonlijke toets drukt, dan zal de indica-
tor van de toets aangaan.
Opmerking: Als het persoonlijk programma
nog niet ingesteld is, raadpleeg stap 3 om een
nieuw programma te maken. Als het pro-
gramma al ingesteld is, raadpleeg stap 4 om
het programma te gebruiken.
3
Druk op de Starttoets of begin te fietsen om
het programma te starten.
Druk op de
Starttoets of begin
te fietsen om het
programma te star-
ten. Elk programma
is onderverdeeld in
40 segmenten van
één minuut. Een weerstand en tempo instelling
zijn voor iedere periode geprogrammeerd. Het
weerstandsniveau van het eerste segment wordt
getoond in de flikkerende balk van de matrix met
het Huidige Segment. (De tempo-instellingen wor-
den niet op de matrix getoond). Om het weer-
standsniveau en het tempo van het eerste seg-
ment te programmeren, stel gewoon de weer-
stand van de pedalen bij door op de One-touch
Weerstandstoetsen te drukken en te fietsen met
het gewenste tempo.
All manuals and user guides at all-guides.com
Huidige Segment
17
Als het eerste segment van het programma ein-
digt, dan zult u een serie tonen horen. Het huidige
weerstandsniveau en het tempo worden in het ge-
heugen opgeslagen. De niveaubalken zullen dan
een balk naar links verschuiven en het weer-
standsniveau van het tweede segment wordt in de
flikkerende balk met het Huidige Segment ge-
toond. Programmeer een weerstandsniveau en
een tempo voor het tweede segment zoals hierbo-
ven wordt beschreven.
Ga door met het programmeren van weerstands-
niveaus en tempo-instellingen voor de gewenste
segmenten. U kunt tot 40 segmenten programme-
ren voor persoonlijke programma's.
4
Druk op de Starttoets of begin te fietsen om
het programma te starten.
Het persoonlijk programma zal op dezelfde ma-
nier werken als een vooraf ingesteld programma
(raadpleeg stappen 3 en 4 op pagina 18).
Als u dat wilt, kunt u het programma opnieuw in-
stellen tijdens uw oefening. Om het weerstands-
niveau of het tempo voor het huidige segment
te veranderen, druk gewoon op de One-touch
Weerstandstoetsen of verander uw fietstempo.
Als het huidige segment eindigt, zal de nieuwe in-
stelling in het geheugen worden opgeslagen.
5
Volg uw vorderingen op de displays.
Zie stap 5 op pagina 15.
6
Uw hartslag meten als u dat wilt.
Zie stap 6 op pagina 16.
7
Het bedieningspaneel zal automatisch uitgaan
wanneer u klaar bent met uw oefening.
Zie stap 7 op pagina 16.