Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Effecttype Instellingen - Yamaha 9000 Pro Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Mixing Console (Mengpaneel)
Mixing Console (Mengpaneel)

Effecttype Instellingen

Met de digitale effecten van de 9000Pro kunt u op vele manieren sfeer en diepte brengen in uw
muziek — zoals door het toevoegen van reverb waardoor het lijkt alsof u in een concertzaal speelt,
wat de klank veel voller en breder maakt.
Wijst een specifiek effect toe aan het
Selecteer het
momenteel geselecteerde Effectblok.
gewenste blok
Merk op dat de inhoud van de Typelijst
kan verschillen afhankelijk van het
geselecteerde Effectblok.
I Effectblok
De 9000Pro heeft 9 onafhankelijke digitale signaalverwerkende (DSP) blokken voor
effecten, met inbegrip van de Vocal Harmony processor. Elk DSP blok is van toepas-
sing op een specifieke part of gedeelte van het geluid van de 9000Pro, zoals u hieronder
kunt zien. De DSP bloknummers vindt u op diverse plaatsen op het paneel van de
9000Pro terug, alsook in enkele schermpagina's, om het u gemakkelijker te maken: b.v.
REVERB (1), CHORUS (2), DSP (3), DSP (4), etc.
van toepassing
Reverb (1)
Alle
Chorus (2)
Alle
DSP (3)
Automatische
Begeleiding/Song
DSP (4)
VOICE RIGHT1
DSP (5)
VOICE RIGHT2
DSP (6)
VOICE RIGHT3
DSP (7)
VOICE LEFT
DSP (8)
Microfoongeluid
Vocal Harmony (9)
Vocal Harmony
I Omtrent Effecttoewijzingen – System en Insertion
Alle effecten zijn aangesloten of toegewezen op één van de volgende twee manieren: System of Insertion.
System wijst het geselecteerde effect toe aan alle parts, terwijl Insertion het geselecteerde effect slechts aan
één specifieke part toewijst. Reverb (1) en Chorus (2) zijn System effecten, DSP (4) en Vocal Harmony (9)
zijn Insertion effecten. Het DSP (3) effect kan echter worden geconfigureerd voor hetzij System of
Insertion. (Dit kunt u doen met de parameters van het betreffende effecttype; zie hierboven).
146
Referentie
Selecteer deze om het
parameterscherm op te roe-
pen.
Merk op dat de inhoud
daarvan kan verschillen
afhankelijk van het
geselecteerde Effecttype.
Part waarop
Creëert een reverb effect waardoor het lijkt alsof u in een
concertzaal of live in een club speelt.
Voegt een chorus effect toe waardoor het lijkt alsof uw
klank bestaat uit twee dezelfde instrumenten die tegelijk
hetzelfde spelen.
In aanvulling op de Reverb en Chorus types, heeft de
9000Pro ook nog speciale DSP effecten die extra effec-
ten bevatten, die gewoonlijk gebruikt worden voor een
specifieke part, zoals bijvoorbeeld distortion en tremolo.
Dit blok (kan worden aan- of uitgezet door een
paneelknop) is van toepassing op de RIGHT1 voice.
Dit blok (kan worden aan- of uitgezet door een
paneelknop) is van toepassing op de RIGHT2 voice.
Dit blok (kan worden aan- of uitgezet door een
paneelknop) is van toepassing op de RIGHT3 voice.
Dit blok (kan worden aan- of uitgezet door een
paneelknop) is van toepassing op de LEFT voice.
Dit blok (kan worden aan- of uitgezet door een
paneelknop) is van toepassing op het microfoongeluid.
Dit blok (kan worden aan- of uitgezet door een
paneelknop) wordt gebruikt voor het Vocal Harmony ef-
fect. Zie blz. 81.
Gebruik deze twee LCD knoppen om de
gewenste parametergroep te
selecteren. De onderste
parametergroep is beschikbaar als de
[SLOW/FAST] knop aanstaat.
Beschrijving
Selecteer deze om
uw instellingen te
bewaren door de
scherminstructies op
te volgen.
OPMERKING
• Het kan zijn dat u, nadat u het
geluid van het ritme van een
automatische begeleidingsstijl
heeft veranderd en deze daar-
na weer terugzet (vooral in het
geval van de effectprocessors
— Reverb, Chorus, en DSP 3)
u toch verschil hoort in verge-
lijking met het oorspronkelijke
geluid. Selecteer, om het oor-
spronkelijke ritme-geluid weer
terug te krijgen, even een
andere stijl en selecteer de
betreffende stijl opnieuw.
• Enkele effecttypes (b.v.
TempoDelay, VDstH+TDly,
etc.) zijn gesynchroniseerd met
het huidige tempo. Wanneer
één van deze effecten wordt
geselec-teerd, kan er een
storend ge-luid optreden als er,
terwijl er op het toetsenbord
wordt ge-speeld, op [SLOW/
FAST] wordt gedrukt, of het
tempo wordt gewijzigd. Om dit
te voorkomen, dient u eerst het
spelen op het toetsenbord te
onderbreken en daarna op
[SLOW/FAST] te drukken, of
het tempo te wijzigen.
• Bij het bewerken van sommige
effectparameters kan er een
licht storend geluid optreden.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave