20 Onderhoud
AANWIJZING
Wij adviseren een onderhoudsovereenkomst
af te sluiten met een gespecialiseerd verwar-
mingsbedrijf.
20.1 Basis
Het koelcircuit van de warmtepomp heeft geen regel-
matig onderhoud nodig.
Lokale voorschriften – bijv. de Verordening (EG)
517/2014 – schrijven onder andere dichtheidscontro-
les voor en/of het bijhouden van een logboek bij be-
paalde warmtepompen.
► Zorg ervoor dat de lokale voorschriften met be-
trekking tot de specifieke warmtepompinstallatie
worden nageleefd.
20.2 Onderhoud volgens behoefte
●
Controle en reiniging van de componenten van
het verwarmingscircuit, bijv. kleppen, expansieva-
ten, circulatiepompen, filters, vuilvangers
●
Controle van de werking van de veiligheidsklep
voor het verwarmingscircuit
●
De luchtaanzuig- en -uitblaasopeningen moeten
altijd vrij zijn van belemmeringen en worden vrij-
gehouden. Daarom de onbelemmerde luchtge-
leiding regelmatig controleren. Vernauwingen of
zelfs verstoppingen, die bijvoorbeeld
● bij het aanbrengen van een huisisolatie door
piepschuim bollen
● door verpakkingsmateriaal (folies, dozen enz.)
● door gebladerte, sneeuw, ijsvorming of derge-
lijke weersafhankelijke afzettingen
● door vegetatie (struiken, hoog gras enz.)
● door luchtschachtafdekkingen (vliegengaas
enz.)
optreden, dienen voorkomen te worden of onmid-
dellijk verwijderd te worden
●
Controleer regelmatig of het condensaat onge-
hinderd uit het apparaat kan weglopen. Hiervoor
dienen de condensaatbak in het apparaat en de
verdamper regelmatig te worden gecontroleerd
op verontreiniging/verstopping en indien nodig te
worden gereinigd.
18
Verdamper en condensaatbak controleren en
indien nodig reinigen
Het apparaat is spanningsvrij geschakeld en te-
gen inschakelen beveiligd.
1.
Afdekscherm aan de bedieningszijde demonteren.
2.
Onderste en bovenste afdekplaten aan de bedie-
ningszijde verwijderen. Condensaatbakgedeelte
op verontreiniging controleren.
3.
Condensaatbakgedeelte indien nodig reinigen.
Voor een betere toegankelijkheid van het con-
densaatbakgedeelte eventueel de onderste en
bovenste afdekplaat van de wateraansluitingszij-
de verwijderen.
4.
Verdamper bekijken. Om schoon te maken lucht-
kanalen aan de verdamperzijde verwijderen en
verdamper reinigen.
5.
Na de reiniging luchtkanalen, afdekplaten en af-
dekscherm weer op het apparaat aanbrengen. Ter
afsluiting de voedingsspanning weer herstellen.
20.3 Condensor reinigen en spoelen
► Condensor volgens de voorschriften van de fabri-
kant reinigen en spoelen.
► Na het spoelen van de condensor met chemisch
reinigingsmiddel: restanten neutraliseren en con-
densor grondig met water spoelen.
20.4 Jaarlijks onderhoud
► Stel analytisch de kwaliteit van het verwarmings-
water vast. Bij afwijkingen van de voorschriften
moeten onmiddellijk geschikte maatregelen wor-
den getroffen.
Technische wijzigingen voorbehouden | 83031300dNL | ait-deutschland GmbH