5.8.1
Dosering éénkamersysteem
De tank is uitgerust met één kamer met een
doseerunit (Afb. 56).
Het exact gedoseerde doseergoed valt in de
injectiesluis (Afb. 57/1) en wordt door de
luchtstroom naar de verdeelkop en verder naar
de kouters geleid.
De opening in de bodem van de injectiesluis is
gesloten wanneer de hendel (1) in de rijrichting
(pijl) naar links wijst.
Hendelstand (1):
gesloten
Hendelstand (2):
open
Afb. 58
Cayena BAH0062-3 05.14
Afb. 56
Afb. 57
Ten behoeve van de afdraaiproef en de lediging valt het zaadgoed
door een opening in de onderzijde van de injectiesluis. De opening
wordt afgesloten door een draaischuif. De draaischuif wordt bediend
met een hendel (Afb. 58). Zorg dat de hendel bij het openen en
sluiten vastklikt.
Opbouw en werking
65